Hertswortel duikt op in Vlaanderen
• 27-12-2011
• leestijd 3 minuten
In 2007 ontdekte Rutger Barendse in de winterbedding van de Maas bij Grevenbicht, in Nederlands Limburg vlak bij de Belgische grens, een groeiplek van Hertswortel. Tot dan toe was de eerste en enige gekende vindplek in Nederland in Nijmegen en wel in 1858. In 2011 dook de soort ook in Vlaanderen op. Dit zegt Natuurpunt Studie op Natuurbericht.nl.
Opvallend
Afgelopen zomer werd door Johannes Jansen de dijkflora langs de Schelde geïnventariseerd in opdracht van Natuurpunt Wase-Linkerscheldeoever, met het oog op het uitwerken van een bermbeheervoorstel voor Waterwegen en Zeekanalen NV. Hiervoor werd gedurende de maand juli de vegetatie in kaart gebracht op alle dijken langsheen de linkeroever, vanaf Blokkersdijk tot aan de Nederlandse grens. Heel opmerkelijk was de vondst van Hertswortel
(Seseli libanotis),
op de dijk langsheen de Ketenislaan in Kallo, Oost-Vlaanderen.
Eerste waarneming voor Vlaanderen
Deze overblijvende plant uit de familie van de schermbloemen komt van nature voor op zonnige vrij open plaatsen op droge kalkrijke grond, in ruig grasland en open struweel, meestal op heuvels of rotsen. De verspreiding beslaat Zuidwest-Azië, Noord-Afrika en Zuid- en Midden-Europa. In België was de gekende verspreiding beperkt tot Wallonië. Met name in het Maasdistrict is hij vrij algemeen in het de valleien van Maas en Ourthe. Hertswortel wordt niet vermeld in de Atlas van de Flora en het betreft dus waarschijnlijk de eerste waarneming voor Vlaanderen.
Ingezaaid
De soort werd voor het eerst opgemerkt op 7 juli 2011 samen met René Maes in het meest zuidelijke stuk van de Ketenisdijk. Al gauw bleek de soort verspreid over de dijk voor te komen. Over de hele lengte van de dijk werden tien bloeiende exemplaren gevonden van deze schermbloemige en twee bladrozetten. De planten stonden zowel op de schouders en top van de dijk als buitendijks, in de berm van de dienstweg en dan voornamelijk tussen of in de buurt van de basaltstenen. De vegetatie op deze dijk kan worden omschreven als glanshaverhooiland met als belangrijkse soorten glanshaver, kropaar, rood zwenkgras en rietzwenkgras, duizendblad, pastinaak, grote weegbree, jacobskruiskruid, gevlekte rupsklaver en margriet. Zeldzame of plaatselijk schaarse soorten zijn echt walstro, glad walstro, blauw walstro, absintalsem, sikkelklaver, grote pimpernel, kraailook, veldlathyrus en aardaker. Enkele vlakken werden waarschijnlijk ingezaaid, getuige daarvan zijn de hoge dichtheid aan vierzadige wikke en een vreemd ogend Knoopkruid.
Moedwillig of onbewust
Of dit nu een nieuwe natuurlijke aanwinst is voor onze rivierdijkenflora is, volgens Natuurpunt Studie, zeer de vraag. Voor de populatie in Nederlands Limburg is dit in theorie wel mogelijk gezien de ligging langs de Maas. De grootste Belgische populaties bevinden zich stroomopwaarts langs de Maas ten zuiden van Namen en langs de Ourthe. Voor de groeiplaats in Kallo lijkt de kans heel klein op een spontane, natuurlijke kolonisatie. Misschien is de soort destijds meegekomen met de basaltblokken die aan de voet van deze dijken zijn gebruikt, ontgonnen uit steengroeven waar de soort goed gedijt. Een andere piste is dat de soort samen met de alom aanwezige vierzadige wikke en het ‘vreemde’ knoopkruid
(Centaurea jacea)
mee is ingezaaid, moedwillig of onbewust als deel van het zaadmengsel.