(groenling illustratie van Erik van Ommen, het is het logo van
Groenlingen
)
Officiële naam ziekte
: Trichomonas gallinae
Herkenning:
Aandoening van met name bovenste deel spijsverteringskanaal (keel-slokdarm). Geel-witte kaasachtig abces. Hierdoor kan de vogel minder goed eten wat leidt tot gewichtsverlies, sloomheid en slecht (onderhouden) verenkleed. In een latere fase: zwellingen rond bek en ogen, gezwollen ogend aangezicht en waterig speeksel, kaas-achtige lucht uit keel. Ook overgeven, diarree en ademhalingsproblemen zijn mogelijk.
Soms treden er ook infecties op aan de interne organen als lever, longen etc. Binnen vier dagen na infectie kan sterfte optreden.
Feiten over de ziekte:
Mogelijk de oudst bekende wildlife ziekte (keelaandoening beschreven in de valkerij rond 1500).
Cosmopoliet; overal ter wereld vastgesteld, met name in relatie tot de verspreiding van de Rotsduif.
Gastheren/ geïnfecteerden: met name duifachtigen (primaire gastheer is de rotsduif). Daarnaast is de ziekte bij veel roofvogels en uilen aangetroffen. Ziekte is bij geforceerde experimenten ook bij enkele zangvogels aangeslagen, maar in het wild gebeurt dit zelden. Pas recent ook in het wild (2002 kentucky >200 vinken en mussen; 2005 en 2006: groenling, vink en mus in UK).
Sinds mei 2009 zijn er in Duitsland enkele duizenden dode groenlingen, vinken, goudvinken, eksters en enkele andere soorten gevonden. De schatting van NABU (BirdLife Partner) is dat er vele tienduizenden vogels reeds gedood zijn door de ziekte.Waarschijnlijk betreft het nu een nieuwe stam van de eencellige.
Ziekte overdracht:
Overdracht gaat op verschillende manieren:
1. Weer opbraken van voer voor jongen (ouder-jong)
2. Opbraken van voer als baltsritueel (partner-partner)
3. Geïnfecteerde vogels die als gevolg van keelinfectie moeite hebben met fourageren en zaad weer uitspugen/laten vallen > contaminatie (vochtig graan kan tot 5 dagen geïnfecteerd zijn)
4. Geïnfecteerd water (Tg kan 20min tot 5 uur in water overleven afhankelijk van zoutgraad)
5. Eten van geïnfecteerde prooien (met name roofvogels en uilen; dode duif tot 48 uur pathogeen)
Hoge temperatuur en lage regenval levert hogere percentages infectie, mogelijk doordat het aantal drinkplaatsen dan zeer beperkt is waar de besmetting zich concentreert. Ook blijft het virus bij hogere temperaturen langer buiten het lichaam in leven, wat de kans op besmetting vergroot.
Gevaar voor de mens:
Er zijn geen aanwijzigen dat Tg overdraagbaar is op de mens.
Tg is in bepaalde gevallen instaat om kalkoenen te infecteren; het is heel zeldzaam bij kippen.
Behandeling:
Behandeling van wilde vogels is vrijwel onmogelijk. Het is belangrijk om de overdracht zoveel mogelijk te voorkomen. Badjes/water/voerstations moeten goed worden schoon gehouden. 10% oplossing van bleekwater als schoonmaakmiddel; goed naspoelen en vervolgens goed laten drogen. Zaden moeten droog worden bewaard. Natte zaden op de voerplaats snel verwijderen.
Verspreiding van de ziekte:
Na berichten uit Duitsland dat er in het tweede kwartaal van 2009 duizenden dode vogels zijn aangetroffen die gestorven zijn als gevolg van Tg-besmetting (vooral groenlingen en enkele andere soorten), druppelden in juli de eerste meldingen van verdachte gevallen in Nederland binnen. SOVON Vogelonderzoek Nederland legt alle meldingen van dode vogels vast. Meldingen van dode vogels kunnen via
www.vogelbescherming.nl en
www.sovon.nl worden doorgegeven. Alterra onderzoekt enkele verdachte gevallen om de besmetting in ons land vast te stellen en het aantal geïnfecteerde vogelsoorten te bepalen.
Onder groenlingen vallen nu de meeste slachtoffers. Deze soort komt in vrijwel geheel Europa voor. De Nederlandse broedvogels (50.000 – 100.000 broedparen) zijn voornamelijk standvogels. Ze broeden vooral in parkachtige bossen en verstedelijkte gebieden met uitgebreide groenvoorzieningen. In de winter is de soort ook in open gebieden te vinden, vaak in groepsverband. Doortrek vanuit andere landen vindt in lage aantallen plaats.
Er is op dit moment niets te zeggen over de mogelijke verspreiding van de ziekte in ons land en de gevolgen voor de populatie groenlingen.