De stijging van de temperatuur vervroegt de start van het voorjaar en vertraagt die van de herfst. Daardoor is de lengte van het groeiseizoen nu al een maand langer dan voor 1990. Dat blijkt uit het promotieonderzoek aan Wageningen Universiteit van Arnold van Vliet van De Natuurkalender. Van Vliet noemt dit een ‘zeer significante en snelle verandering’.
Van Vliet heeft van honderden plantensoorten het moment van bloei, bladontplooiing en vruchtrijping geanalyseerd, en van herfstkleuring en bladval. Door de gestegen temperatuur in de afgelopen decennia bloeien planten gemiddeld twee weken eerder dan twintig jaar geleden. Ook bladontplooiing en vruchtrijping gaan eerder van start dan in de jaren tachtig. Uit zijn studie blijkt dat alle kenmerken significant hun timing begonnen te veranderen aan het eind van de jaren tachtig.
De kans is groot dat de veranderingen in timing van planten doorwerken naar de hogere niveaus in een ecosysteem. Processen zoals bestuiving zullen niet altijd meer goed op elkaar aansluiten. In het warme voorjaar van 2007 bleek dat planten en dieren zich gemiddeld meer dan twintig dagen eerder ontwikkelden dan in het koude 2006. De fenologie van korteafstandtrekvogels en standvogels verschoof echter maar elf dagen en de langeafstandtrekkers kwamen in 2007 maar drie dagen eerder terug dan in 2006. De verstoring van de synchronisatie heeft grote invloed op de productiviteit, reproductie en overleving van soorten, verwacht Van Vliet.