De grauwe gors is feitelijk uitgestorven in Nederland. De vogel, die vroeger vaste gast was op akkergebieden en hooilanden, wordt nu eigenlijk alleen nog 's winters in groepen waargenomen. En dan vooral op de zogeheten hamsterakkers waar langer gewassen staan om het de in Limburg levende hamsters naar de zin te maken.
Tot die slotsom komt Sovon Vogelonderzoek Nederland woensdag. De grauwe gors, een grote vinkachtige, vestigde overigens niet de aandacht op zich met een opvallend verenkleed, maar door zijn gezang dat zich volgens kenners het beste laat vergelijken met een rammelende sleutelbos.
Werden er eind jaren zeventig nog meer dan duizend broedparen geteld, sinds 2005 werden dat er minder dan tien paar. Dit jaar kreeg Sovon Vogelonderzoek maar een melding. ,,Dit was bovendien een ongepaarde vogel, dus we kunnen aannemen dat de soort in feite als uitgestorven is te beschouwen in ons land'', meldt Sovon.
Niet alleen in Nederland heeft de grauwe gors het moeilijk, ook in de rest van Europa is een achteruitgang te zien. De terugloop heeft te maken met de manieren waarop tegenwoordig akkers worden bewerkt. Sovon verklaart: ,,Moderne oogstmethoden zijn zo efficiënt dat er voor de vogels niets te halen valt. Waarschijnlijk heeft dat onmiddellijk gevolgen voor hun overlevingskansen in de winter.''
Maandag maken internationale vogelbeschermingsorganisaties de laatste cijfers bekend over de boerenlandvogels. Vooruitlopend daarop buigen Nederlandse vogelliefhebbers zich zaterdag over mogelijkheden het tij te keren. Want de ortolaan ging de grauwe gans al voor en ook de patrijs en veldleeuwerik hebben het zwaar. Sovon Vogelonderzoek denkt dat het zou helpen als de Europese maatregel die boeren niet langer oplegt een deel van hun akkers braak te leggen, zou worden heroverwogen.