Emeritus professor paleobiologie Bert Boekschoten waant zich midden in Amsterdam als een sportduiker in een miljoenen jaren oude, tropische zee. In het kalksteen van de Amsterdamse stoepen zitten namelijk fossielen. Janine wandelt met hem door dit prehistorische zeelandschap.
In de 17e eeuw was het onder de gegoede burgerij erg trendy om stoepen, puien en buitentrappen te bekleden met natuursteen. Ook in latere eeuwen bleef natuursteen erg in trek. In Amsterdam is daarvoor kalksteen uit België en Ierland gebruikt. Dat kalksteen is ongeveer 350 miljoen jaar geleden ontstaan in een ondiepe tropische zee die min of meer ter hoogte van de evenaar lag. Het huidige België en Ierland lagen allebei aan deze zee. Het kalkslib van die zee is in de loop der tijd kalksteen geworden met allerlei skeletjes van zeeleven erin: slakken, inktvissen, koralen en zeelelies. Oude aardlagen worden door het bewegen van de aardkorst naar beneden en naar boven gedrukt, dan weer verschuiven ze, terwijl andere aardlagen wegeroderen. Uiteindelijk is de laag met kalksteen en fossielen in België en Ierland weer opgeduikeld.
Inktvissen, schelpdieren en zeelelies
Bert Boekschoten loopt met Janine door de Leidsestraat, over de Leidsegracht, op het Museumplein en rond het Concertgebouw. Daar zien ze onder andere een orthoceras, een inktvis in een feestmuts-achtige schelp. Ook zien ze vele brachiopoden, dieren met een tweekleppige schelp. Je ziet ze in het steen als kommatekens of rondjes. Tegenwoordig zijn bijna alle brachiopoden uitgestorven, er komen nog enkele soorten voor in de diepere delen van de zee, want op andere plekken zijn ze weggeconcurreerd. Ze konden zich namelijk niet in- of uitgraven, terwijl in- en uitgraven wel erg handig is voor een schelpdier: word je overspoeld door zand dan graaf je jezelf uit, komt er een predator aan dan graaf je jezelf in. Vrijwel alle schelpdieren kunnen dat tegenwoordig wel.
Bijzonder zijn ook de zeelelies: geen plant maar een dier. Als fossiel blijft vooral de stengel over, maar nog levend zitten er aan die stengel een soort veervormige armen die voedsel naar binnen brengen. Alhoewel de soorten die we in de stenen zien uitgestorven zijn, bestaan er nog wel zeelelies in tropische zeeën. Deze zijn pas eind 19e eeuw herontdekt. Ze worden beschouwd als levende fossielen. Een bekender levend familielid van de fossiele zeelelie is de zeester.
Dus, als je iets beter kijkt tussen de hondenpoep en sigarettenpeuken, is de stoep ineens een stuk interessanter!