Etappe 2: Oosterschelde
• 07-09-2014
• leestijd 2 minuten
De tweede route gaat langs en door de Oosterschelde, van Vlissingen naar Numansdorp.
Oosterschelde
Na de stormvloed in 1953 werden met de deltawerken de zeegaten één voor één afgesloten. Langzaam groeide het besef dat de Oosterschelde met haar bijzondere planten en dierenwereld open moest blijven. Met de wereldberoemde stormvloedkering slaagde men daar in.
Oosterschelde open!
De afsluiting van de Oosterschelde was de kroon op de Deltawerken. Na het Veerse Meer, het Haringvliet en de Grevelingen bleef de Oosterschelde, het grootste zeegat, over. Bij ieder tij stroomde hier 1,2 miljard m3 water in en uit (ter vergelijking één badkuip bevat een halve m3), drie keer zoveel als de Grevelingen. De plannen voor de afdamming waren al in een vergevorderd stadium – de kabelbaan waarmee de blokken van de dam in zee zouden worden gestort, werd al gebouwd – toen eind jaren zestig, begin jaren zeventig een steeds feller protest opstak tegen de schade die de afdamming voor de natuur betekende. De nog jonge natuurbescherming vond een onverwachte bondgenoot in de vissers, die door de afdamming hun visgronden zouden verliezen.
Het leek ondenkbaar dat dit protest kans van slagen had, iedereen was overtuigd van het belang van de afsluiting. Toch groeide de Oosterschelde uit tot een heet politiek hangijzer. Uiteindelijk werd in 1979 een compromis gesloten: er zou een doorlaatbare waterkering komen, die de getijdenbeweging van de Oosterschelde voor een groot deel in stand zou houden. 7 jaar later lag de dam er. Neerlands trots en symbool van een cultuuromslag dat we ook mét de natuur kunnen bouwen, in plaats van in voortdurend gevecht te zijn tégen de elementen. In de tussentijd waren overigens ook de dijken langs de Oosterschelde opgehoogd, omdat men geen risico wilde lopen met tussentijdse stormvloeden.
Zierikzee
Ook Zierikzee werd in de 10e eeuw gesticht door landbouwers, die zich op de vruchtbare kwelders vestigden. In de Middeleeuwen profiteerde Zierikzee zodanig van haar ligging midden in de Zeeuwse archipel, dat zij uitgroeide tot een van de belangrijkste steden van Nederland. Schepen die onderweg waren tussen Holland en Vlaanderen, hadden Zierikzee vaak als halteplaats.
Maar de verdergaande inpolderingen van de Waddenzee werden de stad uiteindelijk fataal. Door het verzanden van de kreek waar Zierikzee aan lag en de landaanwinningen rondom al de eilanden, kwam Zierikzee steeds ongunstiger te liggen ten opzichte van de scheepvaartroutes. Ook een nieuw havenkanaal, dat de stad met de Oosterschelde verbond, bood uiteindelijk geen soelaas en gaandeweg sliep het stadje in. De 16e-eeuwse welvaart heeft een groot aantal bijzondere gebouwen opgeleverd, die nu nog te bewonderen zijn. Zoals de kerktoren, die hoger moest worden dan enig ander gebouw op de wereld. In de gloriedagen was dit denkbaar, maar dit plan verzandde uiteindelijk even snel als de haven.
Bron: Vroege Vogelspad