Einde Internationaal Pooljaar
• 20-02-2009
• leestijd 2 minuten
Op 1 maart eindigt het vierde Internationaal Pooljaar. Volgens
Louwrens Hacquebord
heeft het Pooljaar een schat aan informatie opgeleverd. We weten nu bijvoorbeeld dat het poolijs nog sneller afsmelt dan verwacht. Een gesprek met de hoogleraar Arctische en Antarctische studies aan de Universiteit Groningen.
Het vierde International Polar Year (
IPY
) loopt van 1 maart 2007 tot 1 maart 2009. Het is precies 50 jaar geleden dat het vorige IPY werd georganiseerd. Meer dan 50.000 wetenschappers uit ruim 60 landen nemen er aan deel. Het doel is om een impuls te geven aan internationaal gecoördineerd wetenschappelijk onderzoek van de poolgebieden.
Uit de meest recente cijfers blijkt dat het ijs van de Noordpool door de klimaatverandering in dertig jaar tijd met 40 procent is afgenomen. De toegankelijkheid van dit gebied neemt daarmee toe. Volgens Hacquebord zijn de landen rondom de Arctische Oceaan al druk bezig hun territoriale claims uit te zetten om de grote verwachte olie- en gasvelden in de Arctische Oceaan te exploiteren. Hij stelt dat er zo snel mogelijk een internationaal verdrag moet komen dat de Arctische Oceaan beschermd. Want het is een ontzettend kwetsbaar gebied. De Arctische Oceaan bevat bijvoorbeeld heel veel fyto- en zoöplankton: kleine organismen die het voedsel vormen van veel in zee en op land levende hogere diersoorten. Deze belangrijke voedselbron staat op dit moment al onder druk doordat het ijs smelt. Als daar in de toekomst ook nog geboord en gevaren gaat worden, blijft er van het ecosysteem niet veel over. Het leven in het Arctische gebied is geheel afhankelijk van de planktongebieden in de oceaan. Als deze gebieden verdwijnen, zullen de ijsberen, walvissen, zeehonden en walrussen niet meer kunnen voortbestaan. Bescherming van het gebied overstijgt daarom het regionale belang.
Louwrens Hacquebord is hoogleraar Arctische en Antarctische studies en directeur van het Arctisch Centrum van de Rijksuniversiteit Groningen. Hij studeerde Fysische geografie aan de Universiteit Utrecht en Archeologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij vertegenwoordigt Nederland in de Arctic Council Werkgoep Arctic Monitoring Assessment Program, de International Arctic Science Committee (IASC) waarvan het secretariaat in Potsdam, Duitsland is en heeft zitting in de Nationale IPY commissie.