Het insect heeft zo'n mooie naam: de eikenprachtkever. Maar op Landgoed Scherpenzeel denken ze er anders over, want zo'n duizend mooie, deels oude eiken moeten voor 1 juni gekapt zijn. De aantastingen van de kever zijn té ver, iets anders zit er niet op.
Begin april van 2012 werd duidelijk wat de oorzaak was van de slechte conditie van veel eiken op het landgoed. De bomen waren verzwakt door hoge waterstanden de laatste jaren. Met de 'voeten' in het water kunnen de wortels niet goed functioneren, daardoor verzwakken de bomen en dan zijn ze kwetsbaar voor parasieten.
De eikenprachtkever (
Agrilus biguttatus
) zag zijn kans. Legde eitjes op de bast en de larven die daar uit kwamen begonnen met het knagen van gangen. Doordat ze dat veelal horizontaal doen 'ringen' ze de boom en wordt de sapstroom gestremd. Eén gangetje kan de boom wel aan, maar bij meerdere begint 'ie te kwijnen en gaat langzaam dood.
Beheerder Govert Bos van Landgoed Scherpenzeel kon nog maar één ding doen: een kapvergunning aanvragen om te voorkomen dat in juni de larven verpoppen tot kevertjes, uitvliegen en weer nieuwe slachtoffers maken. Om de eiken in de omgeving te redden moet een heel perceel worden ontdaan van eiken. Dus vindt er nu een massale kap plaats.