Behalve van patrijs en vuursalamander, is 2013 ook het jaar van de steenmarter. De steenUILEN zijn gewaarschuwd.
Steenmarters worden vaak geassocieerd met overlast. Ze maken lawaai en rommel in huizen, ze knagen kabels van auto's door ... Maar het is hoog tijd voor eerherstel, vindt de Zoogdiervereniging. Want steenmarters zijn ook heel nuttig. Rond boerenerven kunnen ze bijvoorbeeld muizen en ratten in toom houden.
Dat je steenmarters ook op heel vriendelijke manieren kunt weghouden van plekken waar je ze liever niet ziet bewijst de steenuilenwerkgroep STONE. Met een slimme nieuwe nestkast, ontworpen door - gitaarbouwer -
Bert Kwakkel
, pakken de steenuilbeschermers de eier- en kuikenroof door steenmarters aan.
Meer informatie over de nieuwe steenkast is te krijgen bij
STONE
.
Elk jaar vraagt de Zoogdiervereniging extra aandacht voor één van de in Nederland in het wild levende zoogdiersoorten. In 2008 is gestart met de bunzing, waarna de egel (2009), het wild zwijn (2010), alle Nederlandse vleermuissoorten (2011) en de bever (2012) volgden.
In 2013 is het de beurt aan de steenmarter!
De steenmarter behoort tot de groep van de marterachtigen, net als de otter, de das, de boommarter, de bunzing, de hermelijn en de wezel. Hij is ongeveer even groot als een kat, maar slanker en hij staat lager op zijn poten. De steenmarter heeft een vaalbruine vacht met een witte, gevorkte bef die uitloopt tot op de voorpoten. Daarin verschilt hij van de ook in ons land voorkomende boommarter, die een meer afgeronde, vaak gelige bef heeft. Kenmerkend voor beide marters is de lange, ruige pluimstaart.
Op de steenmarter werd vroeger veel jacht gemaakt. Enerzijds gold hij als rover van pluimvee, anderzijds was de mens verzot op zijn prachtige pels. Tot 1942 stond de wet bejaging toe, sindsdien is de jacht op dit dier verboden. Het dier was bijna uitgestorven, niet alleen door de jacht, maar ook door de toenemende intensivering van de landbouw. Daarom is de steenmarter beschermd in de Flora- en faunawet.
Pas in de jaren tachtig van de vorige eeuw nam het aantal steenmarters weer toe en niet alleen in het landelijk gebied. Binnen zijn verspreidingsgebied kan men steenmarters ook in dorpen en steden aantreffen. Blijkbaar schuwt dit dier het leven in de nabijheid van de mens niet; hij is een zogenaamde cultuurvolger geworden. Meestal wordt een steenmarter niet opgemerkt. Maar soms maken ze hun aanwezigheid nadrukkelijk kenbaar waardoor ze voor overlast kunnen zorgen.
Het feit dat de steenmarter een beschermde soort is maar tegelijk overlast kan veroorzaken, maakt goede informatievoorziening cruciaal. Des te meer omdat de steenmarter bezig is aan een opmars en snel op meer plaatsen in Nederland zal voorkomen. In die gebieden is men niet gewend om met steenmarters samen te leven en bij een groter aantal steenmarters zal ook de overlast (en de angst daarvoor) toenemen.
Tijdens het Jaar van de steenmarter willen we het Nederlands publiek kennis laten maken met de steenmarter als zoogdiersoort in de eigen omgeving. Daarnaast willen we voorzien in de informatiebehoefte in geval van (mogelijke) overlast.
Kijk vanaf half januari ook op
www.jaarvandesteenmarter.nl voor meer informatie.
(foto steenmarter: Rolin Verlinde, Zoogdiervereniging)