Miljoenpoten - Diplopoda oftewel dubbelpotigen - hebben hun naam inderdaad aan hun pootjes te danken. Ze hebben er weliswaar geen miljoen, maar wel twee paar per lichaamssegment. Dat dubbele paar poten is het belangrijkste kenmerk waarmee je een miljoenpoot in het veld kunt onderscheiden van een duizendpoot, die slechts één paar poten per segment heeft.
Wereldwijd zijn er 8000 soorten miljoenpoten bekend, maar deskundigen schatten de totale miljoenpotenfauna op maar liefst 80.000 soorten. In Nederland hebben we ruim 50 soorten.
Strikte vegetariërs
De meeste miljoenpoten houden van voedselrijke en vochtige plekjes. Ze eten plantenresten en helpen daardoor planten aan voedingsstoffen. Miljoenpoten zijn goede gravers en samen met pissebedden en wormen zijn ze heel belangrijk voor de bodem. Miljoenpoten zijn strikte vegetariërs, in tegenstelling tot duizendpoten, die volledig carnivoor zijn.
Miljoenpoten komen overal ter wereld voor, behalve op de polen. Je hebt soorten die op heel specifieke plekken zitten, zoals de schorsbewoners, maar het merendeel zit in bossen, houtwallen, tuinen, boomgaarden, graslanden, begraafplaatsen, slootkanten, wegbermen, greppels, dijken en composthopen; kortom: overal zo’n beetje.