Texel is een van de belangrijkste pleisterplaatsen voor trekvogels in ons land. Het is dan ook niet gek dat het eiland in het najaar volstroomt met razend enthousiaste vogelaars. Vogelkenner Ruud van Beusekom van Vogelbescherming Nederland gaat met onze ploeg op een sprookjesachtige ochtend de duinen in, op zoek naar bijzondere najaarsgasten. Precies 40 jaar geleden zat Ruud ook al in Vroege Vogels voor de najaarstrek, toen op radio.

De duinen zijn ongekend populair voor een flink aantal vogelsoorten. Van meidoorns tot bramen en duindoorns: het duingebied zit vol met sappige bessen die de nodige energie leveren voor de laatste sprong tijdens de najaarstrek. Er lijken dit jaar wel meer bessen te hangen dan andere jaren. Dat kan te maken hebben met de lage aantallen merels die dit jaar op het eiland te vinden zijn, denkt Ruud. De bessen zitten vol met suikers die de vogels gebruiken om reserves op te bouwen om verder te trekken naar hun winterbestemmingen.

Op een mistige ochtend trekt Menno samen met Ruud de duinen in, op zoek naar alle bijzondere trekvogels en dwaalgasten die op dit bessenparadijs afkomen. Nog voor Menno en Ruud de duinen in zijn, zien ze al een vlucht spreeuwen van zo’n 60-80.000 spreeuwen. Massaal komen ze van hun slaapplaats af. Ook de ganzen vertrekken nog voor de zon op komt van hun slaapplek in de horsmeertjes verborgen onder de mist. Volgens Ruud trekken er elk jaar miljoenen vogels via Texel van noord naar zuid en weer terug.