Milouska gaat samen met Jelle Harder van de ijsvogelwerkgroep Gooi en Vechtstreek op zoek naar de derde leg van de ijsvogel. In het gebied van Harder zijn zo’n zeventig plekken waar ze in de oeverwanden en omgevallen bomen nesten hebben gegraven. Soms tot wel 80 cm diep.
Vorig jaar kwam maar liefst driekwart van de vogels in het gebied van Harder tot een derde broedsel. Dit jaar verwacht hij dat ruim de helft van alle ijsvogels tot drie keer broeden. Cijfers uit de jaren zeventig laten zien dat er in die tijd maar tien procent tot drie maal broedde.
Het gaat dus goed met de ijsvogel de laatste jaren. Door twee zachte winters is het aantal ijsvogels fors gestegen in Nederland. In 2014 werden er 750 paartjes geteld. In 2013 waren dat er 380. In tegenstelling tot wat zijn naam doet vermoeden, kan de ijsvogel helemaal niet goed tegen kou. Bij strenge vorst hebben ze het als standvogel zwaar. Hun stapelvoedsel, vis, is dan gedurende lange tijd onbereikbaar onder een dikke laag ijs. Tijdens strenge winters krijgt de populatie dan gevoelige klappen. Een verlies van 80-95% is dan geen uitzondering.?De Engelse benaming kingfisher doet volgens Jelle Harder hem veel meer eer aan. De ijsvogel is een meester in het duiken naar kleine visjes.
IJsvogels leggen per nest vier tot acht eieren. Na ruim drie weken verlaten de jongen het nest. Met zijn blauw turquoise verentooi is het een prachtige verschijning in het Nederlandse landschap.