De boomleeuwerik is ongeveer 15 centimeter groot zijn met een korte staart. De vogel is voor een groot deel geelbruin, donker gevlekt en iets kleiner dan de veldleeuwerik. Boomleeuweriken zijn veeleisend in de keuze van hun biotoop. Samen met nachtzwaluw, duinpieper en tapuit is de boomleeuwerik kensoort van heide en zand. De zang is zeer karakteristiek. "Weinig zangvogels zingen zo mooi, langdurig en gevarieerd als de Boomleeuwerik!" (Atlas 1979). De winnaars van deze week zijn: A. Joosse en V.J.A. Rethel.
Met die zang is wat bijzonders aan de hand. Ogenschijnlijk is het een willekeurig riedeltje wat de boomleeuwerik afsteekt, maar bij nadere analyse van het de zang blijkt deze vogelsoort een liedje met zo'n 60 à 70 verschillende strofes te zingen, en dat elke keer weer precies zo te herhalen.
Ruud van Beusekom van Vogelbescherming Nederland nam dit voorjaar het geluid van verschillende zingende mannetjes boomleeuwerik op, op de Tafelbergheide in Blaricum. Uit de opnames blijkt dat elke individuele vogel hetzelfde liedje lijkt te zingen, maar dat het toch weer net iets verschilt van dat van de buurman. "Dat is makkelijk", zegt Ruud van Beusekom, "want daaraan herkennen ze elkaar en hoeven ze niet elke dag weer opnieuw hun territorium te bevechten". Maar het gaat soms om minieme verschillen en het is fascinerend hoe de vogels hun collega-mannetjes uit elkaar kunnen houden. De verschillen komen aan het licht wanneer je, zoals Ruud heeft gedaan, het geluid in de computer omzet in een 'spectogram', dat het geluid visualiseert. Dan pas
zie
je de verschillen tussen de zang van boomleeuweriken.