Een nieuwe mierensoort heeft zich gevestigd in Nederland: Lasius neglectus, beter bekend onder de naam plaagmier. Het dier komt vrijwel uitsluitend in steden voor. Ze nestelen onder stenen en tegels, maar dringen soms ook huizen binnen, waar ze voor veel overlast kunnen zorgen. Lasius neglectus betekent iets als de verwaarloosde mier. De ontdekking van de plaagmier werd vandaag (8 november) bekend gemaakt in het radio 1 programma Vroege Vogels.
De plaagmier Lasius neglectus is een soort die pas in de jaren 1980 werd ontdekt in Boedapest en in 1990 is beschreven als Lasius neglectus (Van Loon et al. 1990). In de zomer van 2009 is door de European Invertebrate Survey – Nederland (EIS-Nederland; gelieerd aan het Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis in Leiden) onderzoek verricht op enkele Nederlandse locaties naar het mogelijke voorkomen van de plaagmier. Hierbij kon worden bevestigd dat de soort zich gevestigd heeft in Leiden, Wassenaar, Katwijk aan Zee, Son en Maastricht. Het onderzoek was onderdeel van een risicoanalyse van de plaagmier in opdracht van het Team Invasieve Exoten van het Ministerie van LNV.
Een nest van de plaagmier bevat veel eierleggende koninginnen. Jonge koninginnen en mannetjes paren in het nest waarna de koninginnen in het nest blijven en eveneens eierleggend worden. Bruidsvluchten zijn nooit waargenomen. Verbreiding vindt lokaal vrijwel altijd lopend plaats. Door steeds meer nestgangen te graven kunnen de mieren het bezette gebied uitbreiden. Op deze wijze kan een grote kolonie van vele nesten ontstaan. Gezien het feit dat de plaagmier zich vrijwel niet vliegend verplaatst wordt aangenomen dat verbreiding over lange afstand alleen plaats kan vinden met behulp van de mens. Het verplaatsen van (pot)grond, potplanten, plantenbakken en tuinafval waarin een koningin met haar broed zit is een van de mogelijkheden.
Bewoners ondervinden vooral overlast van plaagmieren die het huis binnendringen, op zoek naar zoetigheden, voedselresten, vocht en nestgelegenheid. De mieren zijn immers zo klein (ca. 3 mm), dat ze gemakkelijk door een gaatje of een kiertje een huis kunnen binnenkomen. In het vroege voorjaar en de winter worden ze vooral door warmtebronnen aangetrokken en tijdens een droge zomer zoeken ze vooral vochtige plaatsen op. Ze zijn dan bijvoorbeeld in de badkamer te vinden rond de waterleiding, in de wasmachine of onder een vochtig washandje. In de keuken blijken de gootsteen, een koffiezetapparaat of een vaatwasmachine aantrekkelijk voor de mieren. Ook in stopcontactdozen worden soms mieren aangetroffen, hetgeen kan leiden tot kortsluiting.
Voor een effectieve bestrijding zouden alle koninginnen in een nest moeten worden gedood. De werksters kunnen hierbij worden ingeschakeld door ze vergiftigd, vochtig voedsel aan te bieden. De werksters brengen dat naar het nest en geven het aan de koninginnen en de larven. Omdat een kolonie zo veel koninginnen bevat, is het uitroeien van de gehele kolonie echter een onmogelijke opgave. Een andere mogelijkheid is om belangrijke voedselbronnen, zoals bomen met veel bladluizen, voor de mieren af te sluiten, bijvoorbeeld door het aanbrengen van een strakke band met rupsenlijm rond de stam. Alvorens te experimenteren zou eerst goed moeten worden bekeken wat de mieren in huis te zoeken hebben. Bij de bestrijding van de plaagmier aan de periferie van de kolonie zouden nesten van concurrenten, zoals de algemene wegmier Lasius niger, moeten worden ontzien.
Of de plaagmier Nederland zal veroveren hangt voornamelijk af van de hulp die de mieren krijgen bij hun verbreiding. Het is dan ook belangrijk om te voorkomen dat de soort zich ergens kan vestigen. Tuincentra zouden dan ook regelmatig moeten worden gecontroleerd op de aanwezigheid van plaagmieren. Deze soort kan zich het gemakkelijkst vestigen in tuinen van nieuwbouwwijken omdat daar concurrerende mierensoorten ontbreken.
Kijk voor meer informatie over de plaagmier op de website van Xavier Espadeler en in het Nederlandse Soortenregister van Naturalis.
Referentie bij dit artikel
Loon, A.J. van, J.J. Boomsma & A. Andrásfalvy 1990. A new polygynous Lasius species (Hymenoptera: Formicidae) from Central Europe. I. Description and general biology. Insectes Sociaux 37: 348-362. http://antbase.org/ants/publications/2912/2912.pdf
Bron: Naturalis, André van Loon en Bram Mabelis
Meer over:
nieuws - natuurMaandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.