De Deurnsche Peel is nu beter voorbereid op een natuurbrand

We krijgen in Nederland door droogte en klimaatverandering steeds vaker te maken met natuurbranden. De branden worden steeds intenser, met een steeds grotere impact. Onlangs verscheen er het rapport ‘Natuurbrandsignaal ’23’, over hoe het staat met de brandpreventie in natuurgebieden. De belangrijkste aanbeveling: “weeg het risico van natuurbranden mee bij de inrichting van het landschap”. Wat houdt dat precies in?

Eén van de natuurgebieden waar dat al is gebeurd, is de Deurnsche Peel. Daar woedde een kleine drie jaar geleden een enorme brand, die maar liefst 710 hectare natuur in de as legde. Dat was een extra aanleiding – na de grote brand op de Strabrechtse Heide in 2010 – voor de provincie Noord-Brabant om haast te maken met de aanpak van brandpreventie in natuurgebieden, o.a. door partijen (terreinbeherende organisaties, brandweer, waterschappen, gemeenten) bij elkaar te brengen en een plan te bedenken voor de inrichting van het landschap.

“Hier in de Deurnsche Peel zijn inmiddels de kades verstevigd, zodat we er met brandweerwagens overheen kunnen, zonder dat we wegzakken”, vertelt Joost van de Broek. Hij is adviseur brandweerzorg van de Veiligheidsregio Brabant Zuidoost. Verder zijn ze in de Deurnsche Peel bezig geweest met het aanleggen van stoplijnen: lijnen in het landschap waar de begroeiing is weggemaaid om de brand daar te stoppen. “En we hebben brandtrappen weggehaald”, vult boswachter Lieke Verhoeven van Staatsbosbeheer aan. Brandtrappen zijn houtwalletjes die vaak aan de rand van de heide staan, maar die er wel voor kunnen zorgen dat de brand overslaat naar een ander deel van het gebied.