Advocaat van de natuur en spreekbuis van het milieu.

De das

  •  
12-10-2006
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
352 keer bekeken
  •  
Fallback image for card
De das (Meles meles) is een zwaargebouwd middelgroot roofdier, behorend tot de familie der marterachtigen (Mustelidae). Hij weegt gemiddeld twaalf kilo en is één meter lang. Het dier en kan zo'n 15 jaar oud worden. De vacht is donkergrijs met een opvallende zwart-witte koptekening. 
Dassen zijn stille, schuwe nachtdieren. Hun ondergrondse burcht is een netwerk van gangen en kamers. Zo'n burcht kan uitgroeien tot een enorm holenstelsel. Haren of pootafdrukken in het zand voor de holen getuigen er van de aanwezigheid van dassen. De meeste burchten hebben tussen de drie tot vijftig (!) ingangen en gaan honderden jaren mee. Er zijn zelfs burchten die al duizend jaar bewoond worden door opvolgende generaties. Het komt ook niet vaak voor dat er nieuwe burchten gebouwd worden. Als dassen terugkomen in een bepaald gebied zoeken ze de oude burchten weer op. Die wordt dan helemaal opgeknapt. Ze zijn heel erg honkvast. Wel bouwen ze in de buurt van hun hoofdburcht vaak een tweede burcht waar de jongen geboren worden.
De meeste dassenburchten worden gegraven in hellingen, verscholen onder bomen en struikgewas. Maar er zijn ook dassen die zich vestigen ook op vlak terrein, bijvoorbeeld onder een houtwal of een heg en soms in het open veld. Meestal blijven de dassen tot na zonsondergang in hun hol. In de herfst kunnen dassen tot wel tien uur van hun burcht wegblijven. Dassen houden geen winterslaap maar van november tot februari komen ze minder vaak naar buiten.
Dassen zijn echt familieziek. Hoe meer zielen hoe meer vreugd. Ze leven vaak met tien tot twintig dieren bij elkaar. De jongen die in de zomer worden verwekt, worden het jaar daarna in het voorjaar geboren. Dat komt omdat het bevruchte eitje zich pas in december in de baarmoeder vestigt. Als de kou uit de lucht is worden de jongen geboren. Gemiddeld krijgt een vrouwtjesdas per worp drie jongen die een paar maanden worden gezoogd. Daarna gaan ze over op het volwassenen-menu dat vooral in landbouwgebieden te vinden is: regenwormen, kevers, muizen en kikkerdril. Maar ze zijn niet voor 100% vleeseter, ook vergetarische gerechten zijn geliefd: fruit, maïs en wilde planten zoals de knolletjes van aronskelk en daslook (die plant heet niet voor niets zo!). De jonge dassen zijn in de herfst al zo ver dat ze er zelf op uit trekken om voedsel te zoeken. Soms blijven de jongen nog een jaar in de burcht van hun familie wonen.
In de eerste helft van deze eeuw is op grote schaal jacht gemaakt op Nederlandse dassen. De stand daalde van meer dan 12.000 in 1900 naar ongeveer 1200 in 1960. In 1947 is de das onder bescherming van de Jachtwet gebracht. Daarmee werd de dassenjacht stilgelegd. In 1980 waren er in heel Nederland nog steeds maar 1200 dassen. Het groeiende autoverkeer zorgde voor steeds meer verkeerslachtoffers, en steeds meer leefgebied werd vernietigd. In Nederland is het verspreidingsgebied van de das erg versnipperd. Er is een beschermingsplan opgesteld om de das voor uitsterven te behoeden. Voorlopig lijkt dat gelukt. Het aantal dassen wordt nu op 4000 geschat.
Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.

BNNVARA LogoWij zijn voor