Blauw wordt groen
• 30-05-2008
• leestijd 1 minuten
Hij ruikt als nieuw, voelt als nieuw, en ziet eruit als nieuw. En toch is ie gemaakt van oude, afgetrapte spijkerbroeken. Onlangs werd de eerste volledig gerecyclede spijkerbroek gepresenteerd die werd geproduceerd volgens het cradle-to-cradle-principe. Dat betekent dat de materialen van bestaande producten volledig worden gebruikt om er nieuwe producten van te maken. Zo wordt de hoeveelheid afval tot een minimum beperkt en wordt efficiënter omgesprongen met steeds schaarsere en duurdere grondstoffen.
Wat blijft er over van een gerecyclede spijkerbroek? Wat metalen knopen en wat onherkenbare onderdelen. En zelfs die metalen onderdelen kunnen bijvoorbeeld voor het maken van auto’s hergebruikt worden. De spijkerbroeken worden bij een recycle-bedrijf gesneden, gaan door de shredder en van wat overblijft worden nieuwe vezels gemaakt. Daarvan wordt draad gesponnen voor nieuwe kleren. Dat klinkt bewerkelijk en duur, maar vergeleken met het produceren van spijkerstof uit katoen. De productie van natuurlijke vezels legt veel beslag op de grond. Om een kilo katoen te produceren is zo’n 25.000 liter water nodig en worden pesticiden en kunstmest gebruikt. Hergebruik van spijkerbroeken kost 53 procent minder energie, 99 procent minder water en 88 procent minder chemicaliën. Er valt dus veel milieuwinst te halen.
Eind dit jaar is de gerecyclede spijkerbroek van
DutchSpirit
in de winkel.
Bronnen: Trouw, DutchSpirit