Wetenschappelijke naam:
Carduelis flammea
Wat valt er op aan de barmsijs:
- Ongeveer 12,5 cm
- Vlucht: levendig en golvend, dansend
- Voedsel: zaden en insekten
- Gezelschap: in troepjes
- Geluid: blikkerig in de vlucht. Zang korte trillers vermengd met lokroep.
De barmsijs is een zangvogel uit de familie van vinkachtigen. Ze komen doorgaans voor in bossen, soms ook in parken en tuinen. Barmsijzen nestelen in bomen of struiken. Ze hebben een rood voorhoofd, zwarte kin. Het mannetje heeft bovendien een roze borst. De barmsijs wordt in gevangenschap gehouden en heeft met de jaren zijn plaats veroverd in de avicultuur. Er bestaan nu al diverse mutaties waaronder: bruin, agaat, isabel, pastel, grijsvleugel, kobalt en pheao. Het vrouwtje legt 3 tot 6 eitjes die ze uitbroedt in 13 dagen, na 15 tot 18 dagen vliegen de jongen uit, en na 3 weken zijn ze zelfstandig. Barmsijs komen in de wintermaanden in Nederland en België voor.
De Barmsijs is sinds eind jaren 70 een broedvogel in Nederland. In de negentiger jaren is de stand weer danig geslonken.