Aanvullende maatregelen nodig voor een schonere lucht
• 31-08-2007
• leestijd 1 minuten
Een verdere verbetering van de Nederlandse luchtkwaliteit zal tot 2015 vooral moeten komen van extra nationale maatregelen. De reden is dat een nationale aanpak sneller effect heeft dan Europees beleid. Het is ook kosteneffectiever dan de invoering van scherpere Europese emissienormen voor wegvoertuigen. Maatregelen op nationaal niveau zijn onder andere invoering van een kilometerheffing, technische maatregelen bij de op- en overslag van bulkgoederen en plaatsing van luchtwassers op grotere varkens- en pluimveestallen.
De Nederlandse luchtkwaliteit voor fijn stof (PM10) en stikstofdioxide (NO2) zal tot 2015 vooral verbeterd kunnen worden door een aantal extra nationale (en lokale) maatregelen te nemen. Dergelijke maatregelen kunnen relatief snel worden uitgevoerd. Dit in tegenstelling tot een verdergaand Europees emissiebeleid, zoals bronmaatregelen en emissieplafonds, dat lange tijd nodig heeft om volledig effect te sorteren. De nationale maatregelen zijn: invoering van de kilometerheffing, technische maatregelen bij de op- en overslag van bulkgoederen, roetfilters en deNOx-technologie bij binnenvaartschepen, geavanceerde stofbestrijdingstechnieken bij de industrie en luchtwassers op grotere varkens- en pluimveestallen. Gelet op de verbetering van de blootstelling van de bevolking aan fijn stof zijn deze nationale maatregelen kosteneffectiever dan de invoering van scherpere Europese emissienormen (Euro6/VI) voor wegvoertuigen.
Na 2015 blijft Europees emissiebeleid belangrijk om de Nederlandse luchtkwaliteit nog verder te verbeteren. De gezondheidsbaten van Europese bronmaatregelen zijn echter in dunbevolkte landen of landen aan de grenzen van Europa aanzienlijk lager dan in Nederland. Het is daarom nog maar de vraag of er een politieke meerderheid voor verdergaande Europese bronmaatregelen zal blijken te zijn.