Filmmaker Nicolas Winding Refn kreeg van Amazon carte blanche, met een zinderende neon noir tot gevolg.
Filmmaker Nicolas Winding Refn omschrijft Too Old to Die Young als ‘absurdistische poëzie’. Je zou zijn eerdere werk ook als zodanig kunnen omschrijven, en deze nieuwe reeks ligt precies in het verlengde van Drive (2011) en The Neon Demon (2016): twee speelfilms waarin de geboren Deen zijn fascinatie voor Hollywood onderzoekt. Too Old to Die Young speelt zich eveneens af in Los Angeles: hoofdpersoon Martin Jones (Miles Teller) is rechercheur en huurmoordenaar ineen. Zijn louterende handelsmerk is bad guys door hun hoofd executeren.
We mochten voorafgaande aan de release twee afleveringen kijken: nummer vier en vijf. Dezelfde twee die afgelopen mei op het filmfestival in Cannes in première gingen. Dat is wel merkwaardig: normaliter begin je bij het begin. Maar in interviews legt Winding Refn uit dat het in de jeugdcultuur gebruikelijk is dat je niet van a tot z kijkt, maar juist non-lineair. Het is tegelijk ook een knipoog naar sommige sceptici: die vinden dat het in het werk van de beruchte filmmaker vaak ontbeert aan inhoud. De vorm is er daarentegen wel: de films van het kleurenblinde enfant terrible zijn doorspekt met rood- en paarstinten.
Niettemin manifesteert zich in twee afleveringen – ergens in het midden van het seizoen – meteen een onbestemde sfeer die ook doet denken aan het oeuvre van David Lynch. Too Old to Die Young is buitengewoon gestileerd en buitengewoon bloederig. Winding Refn weet zoals gebruikelijk het sublieme en het groteske te verenigen, zoals in een scène waarin een vinger door een getrainde vechter met precisie door een zwaard wordt afgehakt.
In de gitzwarte humor in de dialoog bevinden zich ook allerlei eigenaardigheden. Zoals wanneer Jones in Albuquerque – jawel, de woonplaats van mister Breaking Bad – wordt uitgenodigd voor een trio en een man hem vraagt: ‘Ik moet je piemel even zien.’ Of wanneer Jones wordt gebeld en hij opneemt met: ‘Ik sta in een vriezer.’ Waarom? ‘Dat vertel ik je later wel.’
Het idiosyncratische karakter van deze neon noir (een voor deze gelegenheid verzonnen term voor de stijl van Winding Refn) wordt versterkt door de briljante cameravoering van Darius Khondji en de betoverende soundtrack van Cliff Martinez (die toevalligerwijs afgelopen februari nog acte de présence gaf op het filmfestival van Rotterdam). Het resultaat is onvervalste visuele pracht met een flinterdunne plot – maar dat deert de serie geenszins. Wat wel een drempel zal zijn voor menig kijker is het verteltempo: dat is bijzonder traag, net zoals in het echte leven, aldus de maker. Het is – net als in Lynch' nieuwe Twin Peaks -queeste – bijna anti-televisie.
Dat Amazon Winding Refn carte blanche gegeven heeft blijkt een goede zet – en exemplarisch voor waar de ontwikkelingen op vod-gebied toe kunnen leiden, met in dit geval vrij lange, uitgesponnen afleveringen. En let ook op de details. Geluid dat weerkaatst in de woestijn na een gelost schot. Het geluid van een elektrische auto tijdens een zinderende – en dromerige – achtervolging waarbij Barry Manilows Mandy wordt afgedraaid. Shots die beginnen in volledige stilte, zonder beweging, als tijdelijke schilderachtige taferelen. Too Old to Die Young is een audiovisueel spektakel van jewelste.
Too Old to Die Young S01, vanaf 14 juni 2019 op Amazon