Groots aangepakte superheldenserie leunt op bronmateriaal dat memoreert aan X-Men.
Het is 1 oktober 1989. In een zwembad gesitueerd in de Sovjet-Unie – een afbeelding van een hamer en sikkel aan de wand spreekt boekdelen – springt een slank meisje in het water, dat weldra wordt roodgekleurd met haar bloed. Ze verschijnt boven water met een grote buik, en begint spontaan te bevallen. Ook 42 andere vrouwen ondergaan op deze esoterische dag hetzelfde lot. Het is een profetische gebeurtenis die de interesse wekt van de megalomane miljardair Reginald Hargreeves (Colm Feore). Hij poogt de wonderkinderen te adopteren – lees aan te kopen – en dat lukt zevenmaal, in deze televisieadaptatie van de gelijknamige, gelauwerde graphic novel-reeks.
Natuurlijk hebben de zeven novices, die van Hargreeves een nummer krijgen toebedeeld, ieder een eigen talent. Nummer 1, astronaut Luther (Tom Hopper), is ijzersterk omdat zijn hoofd aan het lichaam van een Marsaap is bevestigd. Nummer 2, bokser Diego (David Castañeda), kan allerlei trucjes met vlijmscherpe messen. Nummer 3, filmster Allison (Emmy Raver-Lampman), kan mensen achterdochtig maken. Nummer 4, junkie Klaus (Robert Sheehan), kan met de doden praten. Nummer 5, ‘de jongen’ (Aidan Gallagher), is verdwenen tijdens een tijdreis. Nummer 6, Ben, is overleden. En nummer 7 is violist Vanya (Elliot Page), een personage dat volgens haar adoptievader ‘nergens speciaal’ is.
Luther, Diego, Allison, Klaus en Vanya komen in het heden samen wanneer ze het nieuws ontvangen dat hun vader Reginald is overleden aan een hartaanval. In flashbacks zien we dat het ooit de bedoeling was dat de kinderen van toen een onverwoestbaar team zouden vormen, dat de wereld van haar ondergang zou moeten redden. Maar iedereen ging zijn eigen weg. Nu betreden ze weer het ouderlijk paleis, midden in een stad die lijkt op New York, waar ze worden ontvangen door de pratende mensaap Pogo (Adam Godley), die zijn meester decennialang bediende. En eveneens door moederlief Grace (Jordan Claire Robins), een soort cyborg.
De plotselinge komst van de jongen, nummer 5, die zich een weg terug heeft gebaand uit de toekomst, vindt plaats tijdens een sleutelscène: hij heeft gezien hoe de wereld over tientallen jaren ten onder gaat, en stelt alles in het teken om dat te voorkomen. Onderwijl ontvouwen zich allerlei andere verhaallijnen. Allison ligt in een scheiding en wil de voogdij over haar dochter; Klaus is op zoek naar drugs; Diego probeert de politie bij te staan; Vanya geeft vioolles en lijkt verliefd te worden op een leerling, en Luther zoekt uit of zijn vader wel een natuurlijke dood is gestorven. Het zijn veel ontwikkelingen, in deze nieuwe superheldenverfilming, die één van de nieuwe vlaggenschepen van Netflix moet worden.
Met het annuleren van Marvel-series als Luke Cage en Iron Fist is het logisch dat Netflix nu met eigen originele content komt. Aangezien Disney een nieuwe VOD-dienst uit de grond aan het stampen is waar ze al haar Marvel-verhalen straks – als eigenaar van de stripboekmoloch – kwijt kan. Tegelijk is het problematisch voor Netflix om à la minute een eigen stripboekcanon neer te zetten. The Umbrella Academy is in ieder geval groots aangepakt, met piekfijne CGI en gestileerde cameravoering. Het is daarentegen wel moeilijk om aan al die tamelijk nieuwe gezichten te wennen; generieke verschijningen die ook niet zouden misstaan in een soapserie. (Hoe is Ellen Page hierin verzeild geraakt?)
Bovenal laat het bronmateriaal van The Umbrella Academy zich omschrijven als het kleine broertje van X-Men , met een soortgelijk oorsprongsverhaal. Het is moeilijk om in de door showrunner Steve Blackman ontwikkelde televisieserie dergelijke gelijkenissen over het hoofd te zien. Daarmee is The Umbrella Academy degelijk gemaakt, maar geenszins zo oorspronkelijk als de andere titels waar Blackman zich mee heeft bemoeid: Legion , Fargo en Altered Carbon.
The Umbrella Academy S01, vanaf 15 februari 2019 op Netflix