Ondanks de ongeloofwaardigheid hoop je toch dat de hele klus een succes wordt.
De eerste aflevering van het tweede seizoen van La Casa de Papel gaat letterlijk verder waar de laatste aflevering van het eerste seizoen ophield. Dat is logisch, want de heistserie werd in Spanje aan één stuk door gefilmd en uitgezonden – met een tussenpauze, dat wel – op televisie. Netflix maakte echter twee delen van deze immens populaire kruising tussen melodrama en actie, waarin we weer terugkeren bij de alleswetende El Profesor (Álvaro Morte) en zijn leerlingen. In de openingsscène wacht de wijsgeer in de auto, nabij het landhuis waar hij zijn team opleidde, terwijl zijn nieuwbakken vriendin rechercheur Raquel (Itziar Ituño) forensisch onderzoek verricht in de woonkamer. Het devies ‘houd je vrienden dichtbij, maar je vijanden dichterbij’ is nog steeds van toepassing.
Wie trouwens met een scherp oog naar de scène kijkt, zal tot de conclusie komen dat een rechercheur geen forensisch onderzoek doet, maar de resultaten analyseert. De makers van La Casa de Papel nemen nu eenmaal voortdurend een loopje met de waarheid, in een poging het verhaal nog smeuïger te maken. Met als hoogtepunt de machinaties van de professor: wat heeft hij nu weer bedacht? De kolderieke verhaalwendingen kan je op twee manieren opvatten: ze zijn ingenieus of ongeloofwaardig. Wie volop wil genieten van de bankrovers en hun perikelen, zal ongetwijfeld voor het eerste kiezen. De tweede groep bestaat uit de afhakers, die alle krankzinnigheden en het melodrama dat van het scherm afdruipt amper zullen kunnen verteren.
Wanneer je opteert om La Casa de Papel te kwalificeren als ingenieus, dan biedt het tweede seizoen een hoop verrassingen, waaronder de arrestatie van Tokio (Úrsula Corberó): nadat ze met Río (Miguel Herrán) en Denver (Jaime Lorente) een coup heeft gepleegd, neemt sadist Berlin (Pedro Alonso) de touwtjes weer stevig in handen. Hij besluit de dwarse aanvoerster, misschien wel hét meest prominente personage, vastgebonden op een brancard de gelddrukkerij uit te mieteren. Zo zien we hoe ze van de trap af raast, en door een arrestatieteam wordt gesommeerd om haar kleding uit te doen: ze kon weleens een bom bij zich dragen.
Maar, zo denken de makers vast, dit is een uitgelezen moment om het lijf van actrice Corberó eens te tonen. Sex sells. In een slipje en een T-shirt probeert ze vervolgens de politieagenten te bevechten, waarop ze weet weg te rennen. Als je het geluid tijdens dit moment – van die bombastische, stemming makende muziek – uitzet, dan oogt het tafereel nog krankzinniger. Alle logica wordt aan de kant geschoven, in dienst van de plot. Zo blijkt de professor naast een expert in ondervragingen ook een getraind vechter te zijn, en gaan personages nadat ze elkanders levens hebben bedreigd, doodleuk samen lunchen.
Dat La Casa de Papel zo’n grote hit is, ligt dan ook misschien wel aan het idee dat in deze realistisch ogende wereld tóch alles mogelijk is. De Netflix-serie is één groot vacuüm voor escapisme; bijna cartoonesk. Met geestige affaires: als je als gijzelaar met wederzijdse instemming seks hebt met een gegijzelde, is er dan nog steeds sprake van het Stockholmsyndroom? Oftewel: kan een gegijzelde – in hypothetische zin – verliefd worden op haar gijzelaar zonder dat er sprake is van een psychische stoornis? Gijzelaar Denver kampt met dit dilemma, nu hij een relatie – let wel, na 60 uur - heeft met gegijzelde Mónica. Mónica (Esther Acebo) is op haar beurt zwanger van Arturo (Enrique Arce). En Arturo is getrouwd met een ander.
Over die directeur van De Munt, de gelddrukkerij, gesproken: hij wordt in de serie telkens opgeworpen als de antagonist: de bad guy. Allerlei negatieve karaktertrekken worden aan de schuinsmarcheerder, die liefkozend Arturito, wordt genoemd toegeschreven: hij is een lafaard, een manipulator en een hypocriet. Hierdoor vergeet je voor even dat de gijzelaars juist de daders zijn. Dat is knap gedaan: je gaat hopen dat de hele klus een succes wordt, en dat de kortstondige verhoudingen leiden tot volwaardige relaties. Kortom: in La Casa de Papel is de antiheld eindelijk eens aan zet. En omdat de antiheld in het echte leven vrijwel nooit wint, krijgt deze in het gefictionaliseerde paradigma van deze heistserie in ieder geval een (fabelachtige) extra kans.