
Columnist Chaira Koops is politiek moe en daar voelt ze zich schuldig over. Toch houdt ze hoop.
Toen ik 3,5 jaar geleden bij BNNVARA begon en 2,5 jaar geleden aansloot bij De Marker, wist ik bar weinig van politiek. Ik kende de bekende gezichten, vulde één of twee stemwijzers in en ging naar de stembus. Klaar. Politiek vond ik ingewikkeld, vermoeiend, en eerlijk gezegd: een beetje saai. Al die meningen, cijfers, ruzies, leugens én waarheden... mij niet bellen.
Een paar maanden later… en het kabinet klapt. Ineens moest ik me verdiepen in de politiek. Mijn interesse groeide, maar helaas ook mijn frustratie. En ja hoor: het kabinet klapte twee jaar later wéér.
‘Politiek verwacht dat gevaarlijke emotie ‘hoop’ na de verkiezingen kop in wordt gedrukt.’ Dat was de kop van een artikel van De Speld. Het satirische blad schreef: 'Denk aan ideeën dat het bijvoorbeeld beter wordt op het gebied van gelijkheid, mensenrechten en andere onfrisse zaken die we er in Den Haag echt even niet bij kunnen hebben.' Satire, ja, maar met een pijnlijke kern van waarheid.
Ik geef toe: ik ben politiek moe. Ik ben opgelucht dat de verkiezingen voorbij zijn, al is de uitslag nog onzeker. Tegelijkertijd weet ik dat het nu niet tijd is om achterover te leunen. Integendeel: met het sluiten van de stembussen begint het pas echt.
De afgelopen regeringsperiode voelde als een rit in de Python in de Efteling: twee loopings, twee kurkentrekkers, en veel gegil onderweg. Ritduur: twee minuten. Ongeveer net zo lang als het kabinet-Schoof standhield. Ik ben bang dat ik alweer in de rij sta voor een rollercoaster.
Toch voel ik me schuldig over die vermoeidheid. Ik neem namelijk een week vrij om me ‘terug te trekken’. Velen hebben dat privilege niet: de queer personen van wie rechten ter discussie staan, de ouders die moeten kiezen tussen eten of de energierekening, en asielzoekers die enkel op zoek zijn naar veiligheid, maar als zondebok worden neergezet. Zij moeten continu blijven vechten voor dat sprankje hoop. Hun leven is fulltime politiek.
Dus ja, ik ben moe. Maar misschien betekent dat vooral dat ik nog geef om wat er gebeurt. Dat ik nog boos kan worden, verdrietig, teleurgesteld. En dat ik mezelf even op de lader zet om daarna weer een stukje mee te kunnen hopen. En misschien is dat wel de beste vorm van verzet: blijven hopen.
Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!