Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Er was eens een droom

  •  
05-04-2018
  •  
leestijd 5 minuten
  •  
58 keer bekeken
  •  
8026615481_fbe31000ed_o

© Cc-foto: UCI Library

'MLK is voor veel mensen iemand die vroeger belangrijke en inspirerende dingen heeft gedaan, maar die nu niet zo heel relevant meer is. De nalatenschap van MLK is gesteriliseerd'
Het is vijftig jaar geleden dat Martin Luther King (MLK) is doodgeschoten. MLK is in de tussentijd uitgegroeid tot een soort symbool van gelijkheid, burgerrechten en geweldloos verzet. Hij is gecanoniseerd tot een heilige en bijgezet in het pantheon van historische strijders voor de gerechtigheid naast mensen als Mahatma Gandhi, Moeder Theresa en Nelson Mandela. Daarmee is echter ook de angel uit zijn boodschap gehaald. MLK is voor veel mensen iemand die vroeger belangrijke en inspirerende dingen heeft gedaan, maar die nu niet zo heel relevant meer is. De nalatenschap van MLK is daarmee gesteriliseerd, stelt de zwarte Amerikaanse filosoof Cornel West , en voor iedereen acceptabel gemaakt. De bredere agenda waar MLK voor stond is echter nog steeds relevant en er zit nog steeds een zeker venijn in de boodschap die hij 50 jaar geleden verkondigde.
Gesteriliseerd Een van de manieren waarop het erfgoed van MLK is gesteriliseerd, is door het te reduceren tot louter een strijd voor gelijke burgerrechten. Deze burgerrechten waren uiteraard van groot belang, maar de laatste jaren van zijn leven bekommerde MLK zich vooral om armoede en sociaal-economische ongelijkheid. Gary Younge vat de reden voor deze verschuiving van MLKs aandacht bondig samen:
What is the value of being able to eat in a restaurant of your choice if you can’t afford what’s on the menu?
MLK zag de problemen van zwarte mensen steeds meer in de sleutel van sociaal-economische achterstelling. In de periode voor zijn dood zette hij zich daarom vooral in voor wat hij de Poor People’s Campaign noemde, een plan om met een miljoen mensen te gaan demonstreren tegen armoede op de National Mall in Washington DC ― een protestcampagne die Latino landarbeiders moest verbinden met arme blanke mensen uit de Appalachen en arme zwarte mensen in het Zuiden met de bewoners van de ghetto’s van de grote steden in het Noorden. MLKs laatste artikel voor zijn dood riep op tot een ‘economic bill of rights’, een catalogus van sociaal-economische rechten. MLKs laatste campagne was de ondersteuning van een staking in Memphis van vuilnisophalers voor een eerlijke beloning en veilige werkomstandigheden.
MLK maakte zich met deze sociaaleconomische agenda helemaal niet populair. Formele juridische gelijkheid was één ding, sociaaleconomische rechtvaardigheid iets heel anders. MLK was ook nog eens tegenstander van de oorlog in Vietnam en de aanwending van imperiale Amerikaanse macht. In de periode voor zijn dood was MLK dan ook geenszins een nationale held. In het midden van de jaren ’60 had twee derde van de Amerikanen een negatieve mening over hem. Ze vonden hem een drammerige zeurpiet en een onruststoker die alles te snel wilde veranderen ― ongeveer de houding die veel Nederlanders nu innemen tegen mensen die protesteren tegen het Sinterklaasfeest. (Veel zwarten vonden MLK daarentegen juist weer te meegaand en compromisbereid, een Uncle Tom figuur. Hij werd soms ‘the Lord’, genoemd, ‘de Heer’, vanwege zijn bombastische retoriek.) Pas na zijn dood werd MLK de figuur die hij nu is, de patroonheilige van burgerrechten en geweldloos verzet, ontdaan van alle radicale elementen.
Dominee In West-Europa en Nederland is er nog een tweede sterilisering van de nalatenschap van MLK. Aan deze kant van de oceaan wordt MLK primair gezien als een burgerrechtenactivist, als de leider van een politieke beweging tegen racisme en ongelijkheid. Maar MLK was in de eerste plaats een baptistische dominee. Zijn politieke toespraken waren preken vol met religieuze verwijzingen en metaforen. Het centrale verhaal voor MLK was het boek Exodus , over de bevrijding van de Joden uit de slavernij in Egypte en de tocht door de woestijn naar het beloofde land. Veel van MLKs retorische uithalen grepen terug op dit bijbelverhaal :
I’ve been to the mountaintop and I have seen the promised land.
In zijn boek Exodus and Revolution (1985) laat de politieke filosoof Michael Walzer zien hoe dit bijbelverhaal een soort sjabloon is geworden voor tal van bevrijdings- en emancipatiebewegingen, zowel seculiere als religieuze. Het is een oervertelling die verdrukten een raamwerk biedt om hun strijd voor gerechtigheid te structureren als een reis van een onrechtvaardige plek, via de ontberingen van de woestijn naar de zegeningen van het beloofde land. In West-Europa is religie echter problematisch geworden. Democratie en rechtstaat worden steeds meer opgevat als verworvenheden die tot ons zijn gekomen via een door religie onbevlekte ontvangenis uit de ratio. Met andere woorden, MLKs religieuze retoriek past niet goed in het huidige Europese seculiere frame waarin religie vooral wordt gezien als een probleem, als een relict uit een muf verleden dat de opkomst van een vrije open samenleving waarin iedereen zijn eigen ding kan doen in de weg staat. (Het is ook een centraal argument tegen de komst van moslimmigranten. Die passen simpelweg niet in onze moderne democratische samenleving.) Ik ben geen religieuze auteur, maar een dergelijke uitbanning van religie uit de westerse politieke traditie lijkt me een vorm van geschiedsvervalsing.
Langston Hughes Een generatie voor MLK schreef de dichter Langston Hughes, een dichter uit de zogenoemde ‘Harlem Renaissance’ het gedicht ‘I, too’. De eerste regel van dit gedicht is voor iedere Amerikaan direct herkenbaar als een verwijzing naar de grote 19 e -eeuwse dichter Walt Whitman bekend om zijn exuberante lofzangen op Amerika en haar experiment in democratisch zelfbestuur. Hughes voegt daar met zijn gedicht een vergeten stem aan toe:
“I, too, sing America
I am the darker brother. They send me to eat in the kitchen When company comes, But I laugh And eat well, And grow strong
Tomorrow, I’ll be at the table When company comes. Nobody’ll dare Say to me, ‘Eat in the kitchen,’ Then.
Besides, They’ll see how beautiful I am And be ashamed —
I, too, am America”
Het is een zelfverzekerd gedicht vol vertrouwen in de toekomst. De trieste vaststelling is echter dat aan het begin van de 21 ste eeuw veel zwarte Amerikanen nog steeds in de keuken eten. De inkomensverdeling en de sociaal-economische kansen zijn sinds de dood van MLK niet veel beter geworden voor grote groepen zwarte burgers. In het tijdperk Trump lijkt Amerika echter iedere schaamte voorbij.
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.