VVP verliest geding tegen PostNL op procedurele gronden
17-08-2016
• leestijd 1 minuten
De Rechtbank Den Haag heeft geen inhoudelijke uitspraak gedaan in het kort geding van de Vereniging van Postwinkeliers (VVP) tegen PostNL. De Rechtbank is van oordeel dat de situatie te complex is om in kort geding te behandelen. Ook konden de financiële consequenties van de vergoedingverlaging door PostNL niet volledig worden overzien. Dat meldt de VVP De Vereniging van Postwinkeliers (VVP) had een kort geding tegen PostNL aangespannen omdat het postbedrijf per 1 juli jl. de vergoedingen aan winkeliers tot 40% verlaagd heeft. Dit betekent voor winkeliers met een PostNL-punt een achteruitgang van gemiddeld 9.000 Euro per jaar. De VVP heeft ook een bodemprocedure tegen PostNL aangespannen. Deze procedure biedt meer mogelijkheden om de bezwaren tegen de handelwijze van PostNL te behandelen.
Zo’n 2500 winkeliers worden door de tariefsverlaging getroffen. Naast het feit dat PostNL de tarieven verlaagt, blijft gelden dat de winkeliers dit niet kunnen compenseren door pakketten van een concurrent af te handelen. PostNL eist exclusiviteit.
Gerard van Wezenbeek (voorzitter VVP): “
Erg jammer dat de Rechtbank niet is toegekomen aan een inhoudelijke beoordeling van onze argumenten. Winkeliers met een PostNL-punt verzetten veel werk voor PostNL. Het is echt van de gekke dat PostNL de vergoeding voor deze werkzaamheden tot 40% denkt te kunnen verlagen.
"
Het VVP-bestuur beraadt zich op mogelijk andere te nemen acties en maatregelen.