Logo Zembla
Onafhankelijke onderzoeksjournalistiek

Hoe het draagvlak voor houtige biomassa grotendeels is verdwenen

09-07-2021
  •  
leestijd 4 minuten
  •  
1272 keer bekeken
  •  
biomassa 3 ANP

De Eerste Kamer stemde deze week in met een motie om geen subsidies meer te verlenen voor het stoken van houtige biomassa. En na zes jaar stapte deze week de voltallige milieubeweging uit het Convenant duurzame biomassa. Dat gebeurde nadat in een onderzoek duidelijk werd dat in Estland oerbos wordt gekapt voor biomassacentrales in Nederland. Het draagvlak voor wat ooit als milieuvriendelijk werd gezien, is de laatste twee jaar grotendeels verdwenen.

Het Convenant duurzame biomassa is in 2015 afgesproken tussen energiebedrijven en natuur- en milieuorganisaties. Er werd onder meer overeengekomen dat er hout in de kolencentrales mocht worden bijgestookt. Een gevoelig compromis voor de natuur- en milieuorganisaties, waar zij mee in stemden op voorwaarde dat er een maximum kwam op de hoeveelheid bijstook van biomassa en dat de strenge criteria voor de duurzaamheid van de biomassa zouden worden gehandhaafd. Dat betekent dat biomassacentrales alleen afval- en resthout mogen verbanden. 

Bos als brandstof
Zembla maakte in maart 2017 de uitzending ‘ Bos als brandstof'. Daarin bleek al dat de Nederlandse bossen de vraag naar biomassa niet aankunnen. Energiemaatschappijen zijn daarom aangewezen op import van hout uit onder andere de Baltische Staten, Canada en de VS. En hoewel afgesproken is dat energiebedrijven daarvoor alleen maar resthout uit duurzaam beheerde bossen mogen gebruiken, bleek toen al dat er in de praktijk hele bossen worden kaalgekapt om aan de vraag te kunnen voldoen. Ook uitten wetenschappers in de uitzending van ruim vier jaar terug al felle kritiek op houtige biomassa voor het opwekken van energie, omdat het volgens hen niet klimaatneutraal is.

Professor Martijn Katan zei over biomassa het volgende tegen Zembla: “Als je er een beetje naïef over denkt is dat een heel mooi systeem. Probleem is alleen, een bos groeit heel erg langzaam en onze centrales verbranden heel erg snel”. Katan is een van de auteurs van het kritische visiedocument dat de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen al in 2015 publiceerde over biobrandstof.

Het onderzoek van SOMO toonde opnieuw aan dat de afspraken uit het convenant in de praktijk met voeten worden getreden. "Het convenant blijkt niet meer dan een papieren tijger", zeiden de natuur- en milieuorganisaties in een reactie op het rapport. Greenpeace, Milieudefensie, Natuur & Milieu, het Wereld Natuur Fonds en de Natuur- en Milieufederaties stapten na zes jaar uit het convenant.

Start subsidies
Het verbruik van allerlei vormen van biomassa, waaronder houtige biomassa, is vooral vanaf 2003 hard gegroeid. De groei hangt samen met de invoering van subsidie voor duurzame energie, waaronder biomassa altijd is gerekend. In 2003 heet die stimuleringsregeling MEP. Sinds enkele jaren krijgen biomassacentrales subsidie vanuit de Stimuleringsregeling Duurzame Energieproductie (SDE). Via verschillende regelingen wisten centrales miljarden euro’s binnen te halen aan subsidie.

Met de komst van meer en grotere centrales die houtige biomassa verbranden, nam ook het verzet toe. Niet alleen bij milieuorganisaties, maar ook onder burgers en omwonenden van centrales. Zo was er hevig protest tegen de komst van een enorme biomassacentrale in Diemen, maar volgens de politiek was er geen weg terug. Er was in 2010 en 2015 namelijk al een vergunning voor de bouw van de centrale afgegeven op grond van de Natuurbeschermingswet 1998. 

De kritiek vanuit de wetenschap werd ook steeds luider. De Europese koepelorganisatie voor de wetenschap (EASAC) waarschuwde in 2019 dat het op grote schaal energie opwekken uit biomassa geen klimaatvriendelijk alternatief is voor fossiele brandstoffen. Energie opwekken met hout uit bossen zorgt volgens EASAC voor meer CO₂-uitstoot dan kolen en gas. Miljardensubsidies die Nederland in biomassacentrales stopt zijn dan ook weggegooid geld, concludeerde de EASAC. 

Draagvlak in Den Haag

Door twee belangrijke adviezen die in 2020 uitkwamen, brokkelde ook het draagvlak in politiek Den Haag verder af. Het lang verwachte rapport van de Commissie-Remkes die zich boog over de stikstofaanpak kwam uit en niet lang daarna volgde een advies van de belangrijkste adviesraad voor de regering: de Sociaal-Economische Raad (SER). De Commissie-Remkes adviseerde zo snel mogelijk te stoppen met het subsidiëren van biomassa. De commissie verwacht dat de uitstoot van stikstofoxiden als gevolg van de toename van het aantal biomassacentrales ruim verdubbelt in 2030. Ook de SER kwam met het advies om de subsidie zo snel mogelijk uit te faseren.

Het draagvlak is misschien grotendeels verdwenen, maar intussen zitten we mede dankzij de miljardensubsidies uit het verleden, met honderden biomassacentrales in Nederland die hout verbranden. Uit de bevindingen van de commissie Remkes (2020) blijkt dat er zeker 153 nieuwe biomassa-installaties in aanbouw zijn waarvoor al een omgevingsvergunning is toegekend. Dat zijn vooral kleinere installaties. Het totaal geregistreerde installaties komt daarmee op 372 biomassacentrales (2020). Voor de kleinste biomassa-installaties (met een vermogen onder 15 megawatt) is het niet nodig om een omgevingsvergunning aan te vragen. Daardoor “is een groot deel van deze installaties op dit moment niet in beeld bij de provincies”, schrijft de commissie. Het werkelijke aantal ligt waarschijnlijk een stuk hoger.

Meer over:

ser, diemen, biomassa, remkes
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Schrijf je in voor de Zembla-nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze onthullende journalistiek.