Eu: geen octrooi op klassieke veredeling
21-02-2017
• leestijd 2 minuten
Veredelaars van groente en fruit moeten vrij kunnen beschikken over biologisch materiaal om nieuwe gewassoorten te kunnen kweken. Het octrooirecht is daarom niet van toepassing op de klassieke veredeling. Dat hebben de Europese lidstaten maandag unaniem bevestigd tijdens de Raad voor Concurrentievermogen in Brussel. Meldt het ministerie van Economische Zaken op haar site. De uitspraak is een steun in de rug voor Nederland, dat hier al jaren voor pleit.
Het Europese Octrooibureau besloot in 2015 dat ook sommige kruisingen van fruit en groenten door octrooi kunnen worden beschermd. In december 2015 nam het Europees Parlement
een resolutie aan
die zich uitspreekt tegen het patenteren van natuurlijke eigenschappen van planten. De huidige Europese wetgeving wordt op dit moment zo geïnterpreteerd dat dergelijke patenten toegekend kunnen worden. Dit bleek uit een uitspraak over broccoli en tomaat van het Europees Octrooi Bureau (EPO ).De Europese Commissie, en nu ook de lidstaten, vinden echter dat het bureau de EU-regels verkeerd uitlegt. Het bureau gaat nu nog eens naar de richtlijn kijken, naar verwachting in het voorjaar.
Staatssecretaris Van Dam: "Deze doorbraak in de discussie over octrooirecht is van groot belang voor de gewasveredelaars, en daarmee ook voor de voedselvoorziening. De veredelaars spelen een cruciale rol in de voedselproductie door steeds nieuwe, sterkere gewassen te ontwikkelen. Als zij vrij kunnen beschikken over biologisch materiaal bevorderen we de innovatie de veredelingssector, wat goed is voor de Nederlandse concurrentiekracht en uiteindelijk ook voor de voedselzekerheid in de wereld."
Nederland telt veel veredelingsbedrijven die veel hinder ondervinden van het patentrecht op klassieke veredelingstechnieken.
Het probleem onder het octrooirecht was dat plantveredelaars geen beschermd materiaal mogen gebruiken voor het ontwikkelen en exploiteren van een nieuw ras, zonder toestemming van de octrooihouder. Door octrooien hebben zij minder toegang tot genetische diversiteit, wat innovatie in de plantenveredelingssector belemmert. Dit is onwenselijk, omdat plantenveredelaars een belangrijke rol spelen in de wereldvoedselvoorziening. Zij ontwikkelen nieuwe rassen die kunnen groeien onder de meest uiteenlopende omstandigheden en bijvoorbeeld bestand zijn tegen droogte en plantenziekten.
De 10 grootste groentezaadbedrijven ter wereld hebben 19 patenten op natuurlijke eigenschappen van groenten in handen, blijkt uit
onderzoek van ZEMBLA
. Nog eens 132 patenten zijn momenteel in aanvraag bij het Europese Octrooibureau. Deze patenten zijn omstreden omdat multinationals hiermee een monopolypositie kunnen krijgen en de vrije toegang tot biologisch materiaal kunnen blokkeren. Toegang tot biologisch materiaal is cruciaal voor de voedselzekerheid. Uit de cijfers blijkt dat de bijvoorbeeld Amerikaanse multinational Monsanto 5 patenten op groenten heeft en nog eens 60 patenten in aanvraag heeft. Hiermee neemt de zaadgigant bijna de helft van alle patenten op zich.
Branchevereniging voor bioboeren Bionext is verheugd met de uitspraak. "Dit is echt een succes voor alle burgers, maatschappelijke organisaties en politici die zich gezamenlijk inzetten om een einde te maken aan patenten op onze voedselgewassen", aldus woordvoerster Maaike Raaijmakers.
Bionext houdt wel een slag om de arm, omdat de uitspraak nog moet worden omgezet in wetgeving. ''Reken maar dat de juristen van de grote zaadbedrijven nu hun pennen slijpen."