
© pixabay
De Parijsdoelen nieuw leven inblazen, concrete plannen maken over klimaatadaptatie en een duidelijke invulling geven aan klimaatfinanciering. Dat zijn een paar van de hoofdthema’s waar de hele wereld zich op dit moment over buigt in het Braziliaanse Belém, tijdens de dertigste klimaattop. Maar, de onderhandelingen lopen stroef.
Wat er in de afgelopen dertig jaar gebeurd is, bespreken we in vogelvlucht met klimaatonderzoeker, hoogleraar en frequent COP-bezoeker Heleen de Coninck.
Van Kyoto tot Kopenhagen en van Parijs tot Belém. Sinds het tekenen van het Klimaatverdrag in Rio de Janeiro in 1992 is er veel gebeurd op het gebied van internationale klimaatonderhandelingen. “Het is niet zo dat elke COP (conference of the parties, red.) nou zo vreselijk veel bereikt, maar het zorgt toch elk jaar weer dat er aandacht is voor het klimaat. En niemand wil met lege handen thuiskomen, dus worden er toch elk jaar afspraken gemaakt, stappen gezet”, zegt De Coninck.
Al vanaf de eerste klimaattoppen is het verminderen van CO2-uitstoot een ontzettend belangrijk thema. “Het verdrag van Kyoto in 1997 was het eerste internationale verdrag dat daar echt afspraken over maakte. Maar ook in Parijs en nu in Belém is het één van de prioriteiten”, legt De Coninck uit. Door de jaren heen is dat onderwerp van uitstootvermindering wel aangevuld met een aantal gerelateerde onderwerpen. “Klimaatadaptatie, het verhalen van klimaatschade en klimaatfinanciering van landen die veel uitstoten aan landen die minder uitstoten zijn inmiddels ook belangrijke onderdelen van de COP geworden.”

Logo van het Klimaatverdrag (UNFCCC)
© UNFCCC, 1992
Een ander belangrijk verschil met de eerste klimaattoppen is volgens De Coninck de beweging van onderaf. “In 1997 werd nog gedacht dat we verdragen konden sluiten die van bovenaf regels opleggen. In Parijs is dat veranderd naar de vraag 'wat kunnen landen zelf doen?'. De focus ligt nu veel meer op landen die elkaar verantwoordelijk houden en stimuleren, in plaats van een controle van bovenaf. Dat heeft het ook makkelijker gemaakt voor landen om zich aan verdragen te committeren.”
Hoewel het maken van internationale afspraken vaak moeilijk verloopt, zijn er volgens De Coninck wel echt successen behaald in de afgelopen decennia. “In 2010 werd nog voorspeld dat we af zouden stevenen op een opwarming van 4 graden. Dat is inmiddels teruggebracht naar 2,8 graden volgens het laatste VN-emissierapport”, aldus De Coninck. “Het voldoet nog altijd niet aan de afspraken die in Parijs zijn gemaakt om de opwarming onder de 1,5 graad te houden, maar het biedt wel hoop.”

Atmosfeer van de aarde
© NASA via Wikimedia Commons
Ook moeten we volgens De Coninck niet onderschatten hoe belangrijk de jaarlijkse klimaattop is voor kleinere landen. Zeker wanneer het gaat om landen met weinig financiële middelen die wel de gevolgen van klimaatverandering ondervinden. “Als je bijvoorbeeld kijkt naar klimaatfinanciering, een van de belangrijke thema’s van deze COP. Dat is voor kleinere landen echt ontzettend belangrijk. Elk beetje steun wat zij kunnen krijgen kan letterlijk van levensbelang zijn.”
Thema's:
Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.