“Bij het haventje van Sil op Texel waren een roodkeelduiker en een aalscholver op zoek naar hetzelfde hapje”, schrijft filmer Sandra Teer. “Dat leidde tot een felle confrontatie tussen de viseters.”
Ook fotograaf O.W. Zijlstra wist de confrontatie in het haventje van Sil vast te leggen, maar dan met een fotocamera. “Je ziet dat de roodkeelduiker in winterkleed veel verder omhoogkomt dan de aalscholver. Hij kijkt hem diep in de ogen”, schrijft hij bij het onderstaande plaatje.

Roodkeelduiker en aalscholver in conflict
© Fotograaf: O.W. Zijlstra
Het gedrag dat O.W. Zijlstra beschrijft zie je ook duidelijk terug in de video van Sandra. De roodkeelduiker komt met vrijwel z’n hele lichaam uit het water omhoog, terwijl de aalscholver laag blijft. Dat die zo hoog kan trappelen komt door de poten die best ver achterin op het lijf zitten. Dat maakt de vogels erg behendig in het water, maar wat minder op het land.
De roodkeelduiker en aalscholver zijn allebei duikende viseters. Bij het zoeken naar eten kunnen ze dan ook concurrentie vormen. Een belangrijk verschil is dat aalscholvers het hele jaar rond in Nederlandse wateren vissen. Roodkeelduikers daarentegen zijn, een uitzondering daargelaten, alleen tussen oktober en mei te zien zijn.
Roodkeelduikers broeden op de toendra’s van Noord-Europa, in de buurt van ondiepe zoetwaterplassen. Wanneer het broedseizoen voorbij is, trekken ze zuidwaarts en richting zee. Duizenden roodkeelduikers overwinteren aan de Noordzeekust. Maar veel exemplaren trekken ook naar de Atlantische Oceaan en in mindere mate naar de Middellandse Zee en de Zwarte Zee.
Je herkent roodkeelduikers die komen overwinteren aan hun witte gezicht en lichtgrijze bovenkant, met witte details op de flanken. Soms zie je in het voorjaar al een aantal exemplaren verkleuren naar hun kenmerkende broedkleed. De vogel krijgt dan een grijze kop, met een zwart-wit gestreepte nek en een zeer opvallende, donkerrode hals.

Roodkeelduiker in zomerkleed, gefotografeerd in Spitsbergen
© Fotograaf: Gerkevisser
Aalscholvers zijn het hele jaar door talrijk aanwezig in Nederland, zowel bij de kust als in het binnenland. Ze broeden hier al vanaf december en gaan daar tot juni mee door. Dat doen ze in kolonies. In het najaar verspreiden ze zich uit die kolonies over het land. Sommige exemplaren trekken dan ook naar het zuiden. Bij erg streng winterweer trekken al ‘onze’ aalscholvers weg uit Nederland richting de Middellandse Zee.
Bron: Vogelbescherming
Thema's:
Maandag, woensdag en vrijdag versturen wij je alle informatie uit de radio en tv-uitzending en het laatste internetnieuws.