© Netflix
Wes Andersons eigenzinnige filmstijl past perfect bij het korte verhaal van Roald Dahl.
Het is geen verrassing dat het literaire werk van kinderauteur Roald Dahl uitstekend past bij de eigenzinnige visuele stijl van Wes Anderson. In deze raamvertelling speelt Ralph Fiennes Roald Dahl. Vanuit zijn hutje in zijn achtertuin, waar hij ook in werkelijkheid een groot deel van zijn oeuvre schreef, introduceert hij het verhaal. Maar eerst laat Dahl de kijker kennismaken met zijn werkstation, vol nieuwsgierig makende parafernalia. Nadat de schrijver is uitgerust met sigaretten, chocola en koffie kan hij aan de slag. Hij introduceert het titelpersonage: Henry Sugar (Benedict Cumberbatch), een rijke gokverslaafde die op een dag een man op het spoor komt die door objecten heen kan kijken.
Anderson schakelt vluchtig naar het verhaal in het verhaal, met Ben Kingsley als deze Imdad Khan, die zelfs door hout en staal heen kan zien. Dat lijkt Sugar ook wel wat, want zo kan hij mooi valsspelen tijdens potjes blackjack. De acteurs proclameren hun bespiegelingen door recht in de camera te kijken, en dat is typisch voor Andersons films. Terwijl ze zijn neergestreken in schitterende, kleurrijke sets. Het enige minpunt aan The Wonderful Story of Henry Sugar is dat er geen ruimte is voor adempauzes. Op een staccato tempo wordt er een hoop informatie doorgeseind naar de kijker.
© Netflix
Misschien is dit hoe Anderson zich een soort filmische variant op het voorlezen van een sprookje voorstelt. Hoe dan ook weet hij wel te ontroeren. Sugar is in het begin nog een geldwolf maar transformeert geleidelijk, geholpen door andere fijne castleden (Dev Patel en Richard Ayoade), tot een soort weldoener. Want natuurlijk mag de moraal in de verfilming van een Roald Dahl-verhaal niet ontbreken.
The Wonderful Story of Henry Sugar, vanaf woensdag 27 september 2023 bij Netflix
Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief