Het waargebeurde verhaal van The Wizard of Lies bevat genoeg ingrediënten voor een pakkende biopic, maar regisseur Levinson wist zich er geen raad mee.
Het is met vijfenzestig miljard dollar het grootste gedocumenteerde voorval van Ponzifraude in de geschiedenis. Bernard Madoff wist zijn investeerders bijna twee decennia lang voor de gek te houden, tot het kaartenhuis in de crisis van 2008 in elkaar viel. Zelfs de grootste Hollywoodsterren verloren hun geld aan Madoff. New York Times-journalist Diana Henriques zocht hem op in de gevangenis en schreef er een boek over. Een bestseller, die regisseur Barry Levinson nu heeft verfilmd voor HBO. Levinson is bekend van zijn hits uit het verleden, zoals Good Morning Vietnam (1987), Rain Man (1988) en Sleepers (1996). Zijn recentere werk kan echter niet tippen aan dat niveau; zelfs de karakteristieke Bill Murray was pijnlijk ongrappig in Levinsons voorlaatste film Rock the Kasbah (2015). Helaas is The Wizard of Lies niet de hit die hem uit het dal trekt, want ook deze keer slaat hij de plank mis.
The Wizard of Lies opent met een proloog, waarin Madoff (Robert DeNiro) in zijn gevangenistenue wordt geïnterviewd door Henriques, die zichzelf speelt. Het is de eerste keer dat de fraudeur vragen beantwoordt, aldus de journalist. De film vangt aan met het meest markante moment: Madoff stopt met liegen. Het gebeurt in zijn kantoor, de dag voor zijn arrestatie. Hij onthult aan zijn zoons Mark (Alessandro Nivola) en Andrew (Nathan Darrow, oftewel Meechum uit House of Cards) dat het bedrijf één grote leugen is. Beiden werken voor hem, net als Bernies broer Peter (Michael Kostroff). Madoff stelt ze gerust dat hij van plan is nog wat geld voor ze weg te sluizen voor hij zichzelf aangeeft, maar daar krijgt hij niet de kans toe: de jongens geven hem onmiddellijk aan.
Levinson kiest niet voor het ‘opkomst en ondergang’-narratief dat gebruikelijk is bij dit type biopic. Dat is op zichzelf geen slecht idee; Madoffs zaak werd zo breed uitgemeten in de media dat zijn arrestatie geen geheim meer is. Maar wat voor film hij dan wel wilde maken, wist Levinson blijkbaar niet. The Wizard of Lies is een vreemd mengelmoesje dat deels rechtbankdocumentaire is met klinische commentaarstem van Henriques, en deels fictieverhaal dat flink wat artistieke vrijheden neemt. De film heeft een formatprobleem, dat zich ook uitstrekt tot de acteerstijl (veel schijnbaar geïmproviseerd gebabbel) en de lengte (133 minuten van dat gebabbel). Gevolg: er is geen spanningsboog, en al helemaal geen personage om mee te sympathiseren. Dat laatste is wellicht nog wel de grootste crux. Henriques noemt Madoffs talent om zo ontzettend oprecht en vertrouwwekkend over te komen op anderen. Cue Robert DeNiro, die op een siliconen neus na min of meer DeNiro blijft - maar dan met minder charisma. Het beste spel komt van Michelle Pfeiffer als Madoffs vrouw Ruth en Nivola als zoon Mark. DeNiro speelt Madoff vrij oppervlakkig, als een narcist die graag de toffe peer uithangt maar vooral onbeschoft is, zijn zoons domineert en zijn schoondochters in hun billen knijpt. De charme die Madoff inzette om zijn slachtoffers in te palmen is ver te zoeken. DeNiro maakt het daarmee volstrekt onbegrijpelijk dat iemand deze man ooit zou kunnen vertrouwen met hun spaargeld.