
© ANP
In de week waarin Amsterdamned II verschijnt, spreken we Dick Maas (1951). De filmregisseur over premièrespanning, zijn loopbaan en zijn nalatenschap.
Dit gesprek vindt plaats drie weken voordat Amsterdamned II uitkomt, je twaalfde lange speelfilm en het vervolg op de succesvolle actiethriller uit 1988. Heb je op jouw leeftijd nog zenuwen voor de ontvangst?
Het is altijd spannend. Vroeger had ik er minder last van, toen was ik wat naïever. Ik dacht: ik heb een goede film gemaakt, dus die zal wel goed ontvangen worden. Totdat het een paar keer voorkwam dat een film waarin ik veel vertrouwen had een tegenvallend onthaal kreeg. Na de eerste dag in de bioscoop, en zeker na het eerste weekend, weet je hoe de vlag erbij hangt. Al kan je het nooit helemaal voorspellen: Moordwijven opende niet zo heel sterk, maar deed het in de kerstvakantie verrassend goed. Tot nu toe zijn de reacties van degenen die Amsterdamned II hebben gezien hoopgevend. Ze zeggen erdoor vermaakt te zijn, en dat is nou net de bedoeling die ik had. Volgens mij is het een goede actiefilm, vol humor en spanning.
Volgend jaar komt filmmuseum EYE in Amsterdam met een retrospectief van je werk. Je wordt dan 75 en Flodder, je best bezochte film en een Nederlandse klassieker, is veertig jaar oud. EYE noemt je een ‘icoon van de Nederlandse publieksfilm’. Kan al die aandacht jou iets schelen?
Ik vind het een hele eer, ja. Het is ook leuk omdat er films van mij zullen worden vertoond die bijna niet meer te zien zijn in Nederland, zoals Down en Do not disturb.
Vanaf het begin van je carrière heb je een voorliefde getoond voor genrefilms, voor spektakel, voor commercieel succes zonder boodschap. Daar werd nogal eens op neergekeken, maar die dingen zijn tegenwoordig veel breder geaccepteerd. Vind je het prettig dat je je gelijk hebt gehaald?
Het is nooit de bedoeling geweest om mijn gelijk te halen. Ik had weinig met de artistieke film. Het soort films waar ik van hield, en die ik wilde maken, hadden als doel om mensen te entertainen. Het creëren is bij mij geen innerlijke noodzaak – de grootste voldoening krijg ik als er veel bezoekers naar de bioscoop komen. Mijn werk werd trouwens ook bewonderd, er is altijd gezien dat er een zeker vakmanschap van uitging, al was het niet ieders cup of tea. Flodder werd misschien te plat gevonden. Ik vind het leuk om grenzen over te gaan, ik kom toch uit de jaren 60. Tegenwoordig is iedereen voorzichtig geworden. Kunstenaars gaan zich zelf censureren. Ik probeer dat te vermijden, dat zal je in Amsterdam II wel zien.
Hoe bedoel je? Laat je Huub Stapel, de politierechercheur op leeftijd, politiek incorrecte dingen zeggen?
Het heeft meer met gendergedoe en zo te maken. Niet dat het er dik in zit hoor, eerder zijdelings. Ik vraag me af waarom mensen over zoiets zouden vallen. Aan wokeness heb ik weinig boodschap. Het zit helemaal niet in mijn systeem. Amsterdam II is door de Kijkwijzer goedgekeurd voor bezoekers van twaalf jaar en ouder. Daar heb ik me hard voor gemaakt, dus ik ben er blij mee. Er komen best heftige dingen in voor, bloed en geweld. Maar wat vinden de kids nog heftig, met al die computerspelletjes?
Je brak door in de jaren 80. Als dertiger maakte je De lift, Flodder en Amsterdamned, je draaide videoclips voor Golden Earring en richtte met twee compagnons productiemaatschappij First Floor Features op. Hoe kijk je terug op die dadendrang?
Er bestond voor mij een soort logica: je schrijft een goed script, dan maak je een goede film en mensen gaan ernaartoe. Ik zat in een lekkere flow. Maar wat wist ik nou van de filmbusiness? Op zeker moment stopte het. Na Amsterdamned wou ik The missing diaries maken, een grote, Engelstalige actiefilm. De studio van First Floor Features in Almere werd gebouwd voor die film. Op de backlot (gebied achter de studio, bedoeld voor buitenopnames, red.) wilde ik een deel van de Amsterdamse grachten nabouwen. Maar om de een of andere reden – ik kan het in een paar woorden niet uitleggen – lukte het niet om die film van de grond te krijgen. Ik besefte dat het anders ging dan ik had verwacht.
Eind jaren 90 deed je opnieuw een gooi naar een internationale carrière, met Do not disturb en niet veel later Down.
De jaren 90 waren een heel ander verhaal. Ik heb toen veel scripts geschreven die nooit gerealiseerd zijn, vanwege geldproblemen of door iets anders. Je maakt altijd de film die je gefinancierd kan krijgen. Ik was nooit van plan om een sequel van Flodder te draaien, maar van een vervolgfilm zijn de inkomsten nu eenmaal zekerder. Het is niet de leukste keus. Dat vind ik jammer van die tijd. En nog steeds zit ik op een stapel scripts. Ik zeg altijd dat ik geen sequels wil maken, maar ondertussen heb ik er heel wat gedaan, haha. Hetzelfde verhaal met Amsterdamned II. Een bekende naam, iedereen wordt erdoor getriggerd, dus dan kan je ’m gaan maken.
Lees verder in VARAgids 48. Vanaf dinsdag 25 november 2025 op de mat, in de winkel en in de app. Nog geen abonnee?
Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief