Na een derde seizoen vol persoonlijk drama en rommelige relaties, liggen bij de opening van het vierde seizoen van Masters of Sex de levens van de hoofdpersonages in puin.
In een wereld die op zijn kop staat, waarin seks en emancipatie, maar ook porno de boventoon voeren, lijkt het succes van researchers Masters en Johnson (Martin Sheen en Lizzy Caplan) voorbij. Niet alleen worden zij links en rechts ingehaald door andere sekstherapeuten. Want door de spraakmakende en roemruchte seksuele revolutie, die heel Amerika doet sidderen, staan zij voor een moeilijke keuze: commercialiseren en meedeinen op de rode oortjes marketing óf standvastig de wetenschap bewaken en Amerika laten zien dat seks niks te maken hoeft te hebben met drugs en rock-’n-roll.
Na elkaar uit het oog te zijn verloren en rockbottom te hebben bereikt, kiezen Masters en Johnson voor dat eerste. In een poging elkaar en hun verleden te ontsnappen duiken zij nachtclubs in, om elkaar uiteindelijk tegen te komen in de Playboy Mansion: het epicentrum van de vercommercialisering van seks. Aldaar komen zij erachter dat zonder Johnson, Masters niet zal kunnen bestaan en vice versa.
De aflevering is ruig, sexy en rauwer dan we gewend zijn van de serie. Maar ondanks dat het epos van Masters en Johnson eindelijk een punt bereikt lijkt te hebben waar taboes niet meer bestaan, geven de makers van de serie een te zwaar moreel oordeel mee in hun vertelling. Zo introduceren de schrijvers een aantal nieuwe personages, die als een soort Grieks koor om de hoofdpersonen heen bewegen om hen op de vingers te tikken en zijn de zoektochten van Masters en Johnson in deze aflevering clichématig verweven met een bijbelverhaal over trouw blijven aan dat wat sociaal wenselijk geacht wordt. Hoe verder de personages wegdwalen bij hun wetenschappelijke missie, hoe vernietigender het oordeel van de verteller lijkt te worden. En dat doet toch wat af aan deze anders spannende opening van het vierde seizoen.