Wat is de succesformule van publiekslieveling Jochem Myjer?
Zet de naam Jochem Myjer (Lieden, 1977) in je programmaboekje en de zalen van je schouwburg stromen moeiteloos vol. Myjer is de grote publiekslieveling van het Nederlandse cabaret, met shows die barsten van vrolijkheid en optimisme, maar nooit leeghoofdig worden, al was het maar omdat Myjer zo’n begenadigd performer is en hij zijn shows minutieus in elkaar zet en van allerlei creatieve toeters en bellen voorziet. Ons verheugend op zijn optreden bij Twan Huys in College Tour en ook alvast vooruitkijkend naar zijn nieuwste voorstelling Adem in, adem uit , die in maart 2017 in première gaat in de Leidse Schouwburg, buigen wij ons over Myjers succesformule. Wat zijn de herkenbare onderdelen die in bijna al zijn shows terugkeren? En wat zijn de leukste fragmenten?
Het expressieve verhaal
Wat? Jochem Myjer heeft het talent om geanimeerd te vertellen over de gebeurtenissen uit zijn dagelijks leven, en dan met de nadruk op ‘geanimeerd’, want met zijn stem en motoriek voegt hij geluiden en bewegingen aan het verhaal toe die het geheel – zachtgezegd – nogal expressief maken. Of zeg maar gerust: hysterisch. En daarmee vaak ontzettend grappig.
Beste voorbeelden? In zijn tweede voorstelling Adéhadé (2001) vertelt Myjer over zijn buurvrouw, die 32 en kinderloos is en daarom last heeft van klapperende eierstokken. Myjer: ‘Haar baarmoeder klopt in haar keel. Bij de geur van Zwitsal beginnen haar tepels melk te spuiten.’ Waarop een zéér beeldende illustratie volgt van een vrouw bij wie de hormonen alle kanten op schieten. Ook een klassieker: het verslag van het schoolreisje uit Yeee-haa! (2004). Alle klasgenootjes van Jochem hebben een neurose en een daarbij horend gek zinnetje (Harm zegt alleen maar ‘Ik begrijp er niks van’, oudere Ronald had het altijd over ‘Neuken, neuken’) en uiteindelijk worden al deze zinnetjes tot vervelens toe door elkaar getetterd, wat de chaos van zo’n schoolreisje perfect weergeeft.
[blendlebutton]
Het krankzinnige liedje
Wat? Heel soms is Jochem Myjer serieus als hij zingt, zoals in het pianolied ‘Mooi als je boos bent’ uit De rust zelve (2007). Maar doorgaans zijn z’n liedjes gek, grappig en volledig over de top. Myjer maakt graag parodieën op muziekstijlen van bekende zangers en popacts (K3, Gers Pardoel, De Toppers), maar zijn beste liedjes hebben een absurde inslag en zijn geen persiflage, maar in de herkenbaar hyperactieve Myjer-stijl.
Beste voorbeelden? ‘Slaapliedjes, daar zijn er al duizenden van. Maar een wakkerwordenliedje, dat bestaat eigenlijk helemaal niet!’ zegt Myjer in Adéhadé. Waarop hij voor het eerst ‘Wakker worden’ zingt, een liedje dat daarna in talloze Nederlandse huishoudens zou worden nagezongen en zou worden ingesteld op wekkerradio’s en als ringtone. Myjer zingt keihard: ‘Je moet wakker worden, wakker worden, wak wak wakker worden. Je moet nog douchen, poetsen, wassen, strijken, drogen, wassen, strijken, drogen, de rest, de rest, de rest!’ Ook heel irritant en daarmee ijzersterk is ‘Ik hoor je niet’ uit zijn meest recente show Even geduld aub (2012): ‘Ik hoor je niet / Ik hoor je niet / Ik kan je niet verstaan.’
De imitatie van de BN’er
Wat? Elke show zit je te wachten op het moment dat Jochem in een imitatie van een Bekende Nederlander schiet. Het is een van zijn grote talenten, met stemmen die bijna eng goed lijken op het origineel, en gelukkig slaat hij geen show over een blijft hij zijn arsenaal uitbreiden. Vaak komen ze tot ons in de ‘Stel je voor dat…’-vorm. Zoals in Adéhadé : ‘Stel je voor dat een nieuwe paus een Rotterdammer of een homo zou zijn,’ zegt Myjer, waarop hij Jules Deelder een gedichtje laat voorlezen en Jos Brink zijn ‘lekkere kroepoekjes’ laat toespreken. Of deze: ‘Stel je voor dat het het journaal gepresenteerd zou worden door Marc-Marie Huijbregts’. Waarop met Marc-Marie-stem volgt: ‘Ja, dat is echt waar! Dat is geen grapje. Ja, de oorlog is begonnen. Das echt waar, jahaa!’
Beste voorbeelden? In De rust zelve eindigt Myjer met een rijtje poppen en vertelt hij zijn aparte versie van het sprookje Sneeuwwitje en de zeven dwergen. Elke dwerg blijkt verdacht veel op een bekende Nederlander te lijken, waaronder Dominee Gremdaat, Willibrord Frequin en de hond Samson. Dit procedé, waarin Myjer razendsnel schakelt tussen verschillende stemmen en de bijbehorende attributen, zou later ook met veel succes herhaald worden in De Mike & Thomas Show. Dat fragment werd Myjers grootste Youtube-hit (3,7 miljoen keer bekeken).
De gimmick in het decor
Wat? Felle lampjes in zijn krullenbos ( Yeee-haa! ), het stoom dat letterlijk uit zijn oren komt ( De rust zelve ); aan decor, vormgeving en attributen wordt in shows van Jochem Myjer altijd veel aandacht besteed. Hij gaat op dat vlak ook steeds een stapje verder en denkt groot, groter, grootst, met als voorlopig hoogtepunt het enorme Jochem Myjer-hoofd dat in Even geduld aub! het podium vult. Die show doet op momenten aan een kermisattractie denken, iets wat de feestvreugde verhoogt voor oud en vooral ook jong.
Beste voorbeelden? In Adéhadé staat er een flitspaal op het toneel, die een geestig commentaar is op flitsende snelheid waarmee de zelfbenoemde adhd-komiek Myjer zijn conferences uitspreekt. Aan het eind van de show neemt Jochem plaats op een hometrainer en neemt hij zich voor om de flitspaal helemaal ‘naar de klote’ te fietsen. ‘Ik ga net zolang door totdat het fotorolletje op is!’ Ook het Jochem-hoofd uit Even geduld aub , waarop talloze filmpjes en kleurrijke beelden worden geprojecteerd, wat in de fik komt te staan en vervolgens water spuit uit over de eerste rijen van het publiek, is een fraaie decorvondst.
Het kwetsbare moment
Wat? Myjer zet zich graag neer als een drukke maar gevoelige jongen, en vertelt openhartig over zijn liefdes- en gezinsleven. In eerdere shows werden die verhalen altijd gelardeerd met veel grappen, zoals in Yeee-haa! waarin hij herinneringen ophaalt aan zijn studententijd, toen hij de vrouwen indeelde in de DVD (Dekrijpe Vrijgezelle Droomvrouw ) en de VHS (Vrijgezelle Hitsige Snolletje).
Beste voorbeelden?Even geduld aub! is wat dat betreft een nieuwe stap in zijn carrière. In deze geprezen show keerde Myjer terug nadat hij een tumor in zijn ruggenmerg maar ternauwernood had weten te overleven. In de voorstelling leest Myjer dagboekfragmenten voor uit het ziekenhuis en daarin is logischerwijs maar weinig plek voor vette, absurdistische humor. Maar zelfs bij dit pittige onderwerp heeft Myjer ook nog een blokje met ‘tumorhumor’ ingelast – dat blijft toch de aard van het beestje.