Aanleiding voor dit gesprek is jouw deelname aan De mensenbieb van Omroep Human, een bibliotheek waar kinderen geen boeken kunnen lenen, maar echte mensen en hun levensverhalen. Zo was er een elfjarige jongen die graag jou wilde lenen, omdat hij alles wilde weten over het vak van burgemeester. Ik voel me een beetje die elfjarige jongen…
Nou, wat wil je weten?
Waar je vandaan komt, wie je ouders zijn, hoe je opvoeding is geweest.
Ik ben letterlijk opgegroeid onder de rook van de stad Groningen. Die rook was de geur van de suikerfabriek in Hoogkerk. Mijn ouders waren middenstanders, net als mijn grootouders. Ook mijn andere grootouders hadden zichzelf opgewerkt. Dat heeft in de kern onze familie gekenmerkt: dat het allemaal self made mensen waren.
Middenstanders. Dus niet per se een links milieu?
De politieke polarisatie van de jaren 70 was bij ons tot in de krochten van de familie voelbaar. Mijn grootvader van moeders kant en mijn moeder stemden Partij van de Arbeid, maar mijn vader op Hans Wiegel, en daar hadden ze altijd bonje over. Liefdevol, maar scherp. Mijn vader had allemaal gevleugelde uitspraken als ‘wie niet werkt, zal niet eten’. Dat vond ik als kind heel onrechtvaardig. Ik denk dat dit kwam, en dat zie ik ook bij mijn moeder en mijn broer terug, door een groot ontwikkeld rechtvaardigheidsgevoel.
Was het destijds niet ook de tijdgeest om links te zijn, zeker onder jonge mensen?
Ja, misschien wel, hoewel ik in mijn klas maar één ander meisje kende dat er ook zo over dacht. Wij werden een beetje weird gevonden. Wij schreven bijvoorbeeld protestliedjes tegen de komst van de ringweg om Groningen. (Zingend): ‘De weg moet weg. De weg moet weg.’
'Als Kamerlid had ik er last van dat ik geen academische titel heb, wat ik slecht vind.'
Wat voor meisje was je? Ik las dat je op wedstrijdzwemmen zat.
Ja, dat heb ik lang gedaan en inderdaad zwom ik ook wedstrijden. Maar mijn vader overleed begin jaren 80 na een ongeluk, toen ik tien jaar was. Hij ging vaak met mij mee, en toen hij dus niet meer op de tribune zat om mij aan te moedigen, wilde ik niet meer naar het zwembad toe. Het was te confronterend. Ik miste hem.
Ik merk aan je – en je voorlichter heeft me dat ook verteld – dat je er niet per se van houdt om in interviews al te persoonlijke dingen te vertellen. Nu sprak ik voorafgaand aan dit gesprek AD/Utrechts Nieuws- blad-columnist Jerry Goossens, misschien wel de strengste criticaster van het Utrechtse stadsbestuur. Hij roemde je omdat je als burgemeester én een adresboekje bleek te hebben met vele nummers van voor de stad belangrijke mensen én omdat je sinds je komst veel menselijkheid hebt getoond. Bij dat laatste moet ‘het persoonlijke’ toch ook een rol spelen?
Dit ambt is een van de weinige bestuurlijke functies waarin je nog heel dicht bij mensen mag komen en waarin je ook een heel groot vertrouwen van mensen krijgt. Dat is uitermate kostbaar, dat vertrouwen mag je niet verspillen. Zoiets merk ik op bijzondere momenten. Mensen worden honderd, mensen zijn zeventig jaar getrouwd, mensen krijgen een onderscheiding. Maar ik merk het ook bij momenten van onnoemlijk verdriet. De herdenking van de slachtoffers van de tramaanslag, bijvoorbeeld. Ik ga vaak langs bij slachtoffers van verkeersongevallen of hun familieleden.
Helpt het voor jou bij zo’n ontmoeting dat je dat zelf hebt meegemaakt?
Vanwege onze calvinistische achtergrond is rouw in Nederland vaak een heel moeilijk begaanbaar pad. Dat betekent dat mensen die in een tragische situatie belanden, het regelmatig meemaken dat ze in hun rouw worden genegeerd. Omdat ik het zelf van zo nabij heb meegemaakt, schroom ik denk ik wat minder om het over de dood te hebben of te vertellen wat verdriet met je doet. Ik ben niet alleen burgemeester, maar ook burgermoeder. Hoewel ik moest wennen aan dat woord, heb ik het inmiddels omarmd. Daarin zit ook een verwachting: dat je in staat moet zijn om mensen te troosten, of in ieder geval om de nabijheid die ze van jou vragen, te kunnen bieden.
Lees verder in VARAgids 47 vanaf bladzijde 8.
Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief