De mensen die ik adoreer wil ik eigenlijk niet ontmoeten. Ik heb al een paar keer meegemaakt dat ik teleurgesteld raakte omdat ze onaardig, ongeïnteresseerd of arrogant bleken. Dan is het beter om ze niet te ontmoeten en vast te houden aan het romantische beeld dat ik van ze heb. Dan verdwijnt de magie niet en blijft zo’n persoon mysterieus. Afgelopen week kreeg ik de mogelijkheid om te bewijzen dat mijn theorie niet altijd klopt. De wereldberoemde Italiaanse componist en pianist Ludovico Einaudi was in Amsterdam voor een drietal concerten en een interview bij College tour door mijn collega Twan Huys. Zijn lieve collega’s van KRO-NCRV hadden me uitgenodigd om het interview bij te wonen en ook kreeg ik de kans om mijn liefde voor zijn muziek te uiten. Na het interview hebben we elkaar kort gesproken, waarbij hij mij bedankte voor mijn aardige woorden.
Zelden heb ik zo’n grootheid gezien die zo bescheiden was, op het verlegene af. Geen gespeelde bescheidenheid, maar oprecht. Hij wilde weten in welke conflictgebieden ik was geweest en hoe het was om zoveel menselijk leed te zien. Ik vertelde hem dat zijn muziek therapeutisch is voor mij, dat het me helpt om mijn gedachten te verzetten. Ik vertelde hem ook dat hij en soefi-mysticus Rumi mijn eeuwige reisgezellen zijn, die met mij meegaan naar de meest duistere plekken op aarde. Er viel een stilte, Einaudi keek voor zich uit en zei na een paar seconden: ‘Wat mooi dat ik je op die plekken een klein beetje kan helpen.’ Vervolgens hadden we het over leuke dingen en werd er gelukkig ook gelachen. Ik werd uitgenodigd voor het concert in de avond en het was ware magie. Deze bescheiden meester is op Spotify al groter dan menig klassieke artiest en heeft de brug allang geslagen naar de jongere generaties. Hij is op 67-jarige leeftijd al een legende.
Meer Sinan Can? Lees iedere week zijn column in de VARAgids!
Ontvang elke werkdag de beste kijktips met de Avondeditie-nieuwsbrief