Waarom is er zoveel te doen over de Participatiewet?
19-02-2021
•
leestijd 4 minuten
•
17884 keer bekeken
•
De Participatiewet is er voor iedereen die kan werken, maar het op de arbeidsmarkt zónder ondersteuning niet redt. Het moet ervoor zorgen dat ook mensen met een arbeidsbeperking werk vinden. Dat klinkt veelbelovend, maar er is de laatste tijd veel over de wet te doen geweest. Hoe zit dat?
Op 1 januari 2015 verving de Participatiewet de Wet Werk en Bijstand, Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw) en een groot deel van de Wajong. Dit moest leiden tot betere en goedkopere ondersteuning van kwetsbare mensen. De wet werd ingevoerd door PvdA-bewindslieden Lodewijk Asscher en Jette Klijnsma. Er zijn allerlei (financiële) regelingen waar mensen via de wet gebruik van kunnen maken.
Regelingen Participatiewet
Mensen met een arbeidsbeperking kunnen gebruik maken van een re-integratietraject, proefplaatsing, een baancoach, een arbeidsongeschiktheidsuitkering en een aanvulling op het inkomen met WIA of Wajong via de wet. Deze regelingen moeten aangevraagd worden bij de gemeente. Je leest meer over de regelingen op de site van Rijksoverheid.
Gemeenten verantwoordelijk voor re-integratie
Door de wet zijn gemeenten verantwoordelijk geworden voor de re-integratie van mensen die – met ondersteuning – wel kunnen werken en voor het verstrekken van een bijstandsuitkering voor de mensen wie dat niet lukt. Hierdoor zijn mensen die zonder hulp niet kunnen werken aangewezen op de gemeente. Daarnaast bepalen gemeenten zelf wat voor hulp zij bieden. Denk hierbij aan begeleiding en hulp in het verkennen van de arbeidsmarkt.
Strenge bijstandsregels
De participatiewet zorgt ervoor dat iedereen een inkomen heeft, ook als iemand niet in staat is om in het eigen levensonderhoud te voorzien. Dan is er recht op een bijstandsuitkering, als er geen andere, voorliggende, wettelijke regeling is. De bijstand dient als laatste vangnet. Er zijn bij de wet veel verplichtingen gemoeid. Zo is er een inlichtingenplicht: je moet het doorgeven als je ergens inkomsten vandaan hebt en je moet je bijverdiensten doorgeven. Daarnaast zijn er verplichtingen op het gebied van werk vinden.
Verder zijn er door de wet strengere regels rond het aanvragen van een Wajong-uitkering. Je krijgt vanaf 1 januari 2015 alleen nog Wajong als je al vanaf jonge leeftijd een handicap of ziekte hebt of nooit meer kunt werken. Al dit soort regels maken de Participatiewet vrij ingewikkeld, terwijl deze juist eenvoudiger moest worden dan de wetten die het verving.
SCP: Participatiewet werkt niet
In 2018 stelde het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) dat de baankansen van arbeidsgehandicapten sinds de invoering van de Participatiewet zijn gedaald. Hierdoor werden deze mensen meer afhankelijk van een uitkering. Vervolgens concludeerde het SCP in 2019 dat de Participatiewet in vier jaar tijd nauwelijks heeft geleid tot meer kansen op werk, terwijl dat de intentie van de wet was. Bij de grootste groep, bestaande uit 440.000 bijstandsgerechtigden, lukt het slechts 8 procent om aan werk te komen. Voor de invoering van de nieuwe wet lukte dit 7 procent. Daarnaast wist slechts 35 procent van de mensen die op een wachtlijst stonden bij de sociale werkplaats in de tussentijd een baan te bemachtigen. Toen de deuren van deze werkplaatsen nog open stonden, had de meerderheid van deze mensen werk.
Waarom faalt de Participatiewet?
Dat de wet niet werkt zoals de bedoeling was, heeft volgens het SCP meerdere oorzaken, waaronder de plotselinge verantwoordelijkheid die de gemeente kreeg. Verder zijn er volgens het SCP structurele problemen. Zo is niet iedereen in staat te werken, maar leek de politiek hier wel vanuit te gaan toen het de wet opstelde. Volgens het SCP zijn er maar weinig werkgevers die iemand met een arbeidsbeperking echt en kans geven.
Ook is financiering een probleem. Gemeenten ontvangen geld vanuit de overheid voor het betalen van de uitkeringen en voor re-integratietrajecten. In een verslag van Movisie wordt gesteld dat gemeenten keuzes moeten maken in welke mensen ze bedienen, omdat er niet genoeg geld is om iedereen te bedienen. Maar wat de gemeenten niet opmaken, mogen ze zelf houden. Het SCP raadt aan om dit te heroverwegen, omdat dit gemeenten prikkelt alleen de meest kansrijke mensen te begeleiden naar een baan.
Gemeente zadelt mensen met fraudeschuld op door Participatiewet
De gemeente volgde de regels van de Participatiewet en besloot dat de vrouw een bedrag van 7000 euro moest terugbetalen. Veel mensen, waaronder enkele wethouders in de gemeente Utrecht, menen dat de gemeente te streng optreedt en mensen opzadelt met een fraudeschuld, terwijl zij zich niet bewust zijn dat ze iets verkeerd doen. Zo horen mensen op dit moment het ook door te geven als mensen hen bijvoorbeeld via een Tikkie terugbetalen, omdat dat valt onder inkomsten. Hierdoor krijgen mensen het predicaat ‘fraude’, waardoor ze ook niet in aanmerking komen voor schuldhulpverlening.
Gemeente Wijdemeren blijft ondanks kritiek echter bij haar besluit een boete op te leggen, omdat er meer aan de hand was dan alleen het krijgen van boodschappen. De vrouw beschikte over een auto en motor uit het duurdere segment en zou een reis naar het buitenland niet hebben gemeld. Naar aanleiding van het recente voorbeeld in Wijdemeren hebben verschillende politieke partijen Kamervragen gesteld. Veel van deze partijen hebben echter mede voor de totstandkoming van deze wet gezorgd.
Kassa: Sprake van fraude tot tegendeel is bewezen
Kassa ging op 9 januari 2021 ook in op de fraudeproblematiek. Want mensen met een uitkering worden vaak onterecht als fraudeurs bestempeld en zijn schuldig tot het tegendeel bewezen is. Hoe zit dat?
Ook op 23 januari 2021 belichten we de fraudeproblematiek. Hierin liet Kassa zien hoe tienduizenden ouders met een bijstandsuitkering onder het bestaansminimum terecht zijn gekomen, omdat de gemeente er ten onrechte vanuit ging dat hun kind bijdraagt aan het huishouden.