De meest kwetsbare mensen hebben het steeds moeilijker in Amsterdam.
De meest kwetsbare mensen hebben het steeds moeilijker in Amsterdam. Dat is het resultaat van vier jaar ‘liberaal’ beleid ten aanzien van zorg, werk en welzijn. In verschillende bezuinigingsrondes werden tientallen miljoenen weggesneden. Minder buurtwerk, minder reiniging en handhaving, minder begeleiding voor mensen die beschermd wonen. Dit leidt er nu toe dat het welzijnswerk zo schraal is, dat de meest kwetsbare groepen in Amsterdam zich vergeten voelen. Wie zorgt er nog voor hen: de psychiatrisch patiënten, de eenzame ouderen of jongeren die opgroeien in armoede?
Met de gemeenteraadsverkiezingen op 21 maart aanstaande moeten alle partijen op de kieslijst deze vraag beantwoorden: hoe zorgt Amsterdam voor de meest kwetsbare groepen, die vergeten achter dreigen te blijven? Want dat het anders moet, staat vast. Deze week nog rapporteerde de Raad voor de Rechtspraak een stijging van het aantal gedwongen opnames – in Amsterdam bijna duizend opnames in 2017. De politie ziet daarnaast steeds meer incidenten met psychiatrisch patiënten in de stad: 6296 keer moesten ze af op een melding in Amsterdam. Kandidaat raadsleden – zoals ondergetekende – die op campagne door straten en buurten lopen herkennen dit. Buurtbewoners klagen over overlast van psychiatrisch patiënten, waar hulpverleners vaak laat op reageren. Er wordt pas ingegrepen als acuut gevaar dreigt. Dit zet niet alleen het vertrouwen van de buurt in de overheid en hulpverlening op het spel, maar doet ook de patiënten en hulpbehoevenden in Amsterdam ernstig tekort.
Laat één ding duidelijk zijn. In Amsterdam werken duizenden hulpverleners dagelijks keihard om de beste hulp en zorg te leveren. Maar zij zijn de afgelopen jaren keer op keer geconfronteerd met bezuinigingen en saneringen die hun werk flink op de proef stellen. Dit, gecombineerd met het beleid waarin hulpbehoevenden weer meer in de samenleving worden opgenomen of langer thuiswonen, zorgt voor een grote druk op de hulpverlening. Het is goed dat in Amsterdam iedereen samenwoont, maar daarbij hoort een zorgplicht. Het is daarom tijd om te investeren in meer interventieteams, meer preventiewerk en meer welzijnswerk. Meer dus, in plaats van minder.
‘Durf en Optimisme’, ‘Gelijke kansen, gezonde groei, goed wonen’, ‘Amsterdam voor Amsterdammers,’ zo maar wat titels van verkiezingsprogramma’s van partijen die zich nu weer profileren. Maar wat betekent het, als je de hulpverleners en patiënten in de kou laat staan? De campagnefocus op het toerisme, de woningmarkt en de vervuiling in de stad – allemaal terechte zorgen van Amsterdammers – ontneemt ons het zicht op de vergeten groep Amsterdammers. Maar de kosten van de verschraling en nalatigheid lopen op, in de eerste plaats voor het individu, maar ook voor de samenleving als geheel.
Als stad laat je zien hoe sociaal je bent, juist in onze omgang met de zwakkeren in de stad. Van oudsher is Amsterdam een stad die hulpbehoevenden en zwakkeren opvangt. Maar dit lijkt nu meer imago dan beleid. Het links pact van PvdA, SP, GroenLinks kiest duidelijk voor een Amsterdam met een sterk sociaal gezicht. Door de bezuiniging op de hulp in huis terug te draaien, door de eigen bijdrage in de zorg tot het minimum te beperken, mensen in een uitkering echte banen te bieden en schulden aan te pakken. Het is een sociale keuze, tegen de liberale koers die de afgelopen vier jaar is ingezet en het rechtse kabinet in Den Haag. En hard nodig.