Het is van een diepe treurigheid dat ook racisme alleen de verdiende aandacht krijgt als een wit persoon er over spreekt
Kijk, Sunny Bergman wil het probleem van witte privileges aankaarten. Dat vind ik een nobele zaak. Ik ga dan ook niet in op de persoon Sunny Bergman. Ik heb mij niet genoeg in haar verdiept om iets over haar te zeggen. Ik ken haar niet. Maar het feit dat Sunny wit is, met blond haar, is veelzeggend. Een witte mevrouw die de vinger op de zere plek legt en ons laat zien dat je als witte Nederlander een veel fijner alledaags leven hebt, dan de gekleurde medemens.
Toch is het tekenend dat dit nu opeens onder de aandacht komt, terwijl het al tijden wordt aangekaart door Nederlanders van allochtone komaf. Wit privilege, ik ken het maar al te goed. Als Nederlander met een Noord-Afrikaanse vader en Nederlandse moeder, zag ik er net even wat anders uit dan mijn vriendjes vroeger. En dat heb ik geweten. Ik herinner mij een voorval op Ameland, ik was een jaar of 10, en mijn vrienden (allen wit) waren aan het voetballen. Ikzelf zat aan de kant te kijken. Een van mijn beste maatjes schopte de bal zo hard weg, dat ie tegen een caravan aanvloog. Een man kwam agressief naar buiten gestormd. Niet naar mijn vrienden, maar naar mij. Of ik niet g.v.d. wilde oprotten met die bal van me. Ik was doodsbang, en zijn, bijna hatelijke, woede zorgde ervoor dat ik de woorden “ik deed helemaal niet mee, meneer” niet over mijn strot kon krijgen.
Mikpunt Je zou kunnen zeggen “misschien was het toeval”, maar op de een of andere manier voelde ik als kind al dat ik er vaker uitgepikt werd. Fast forward, en ik realiseer me dat het heel normaal geworden is. Dat je er altijd uit gepikt wordt, is een onderdeel van je leven geworden. Het is normaal geworden aan de andere kant van wit privilege te staan. Net zoals de bevoordeelde positie voor de witte man en vrouw normaal aanvoelt. Het grote verschil is echter dat, in tegenstelling tot de witte medemens, dit fenomeen een psychologisch negatieve invloed heeft op jou als allochtoon. Het is ongezond en het zorgt er voor dat je continu op je hoede bent. Heb je je wel eens afgevraagd waarom jonge, allochtone jongens vaak zo alert en bijna wantrouwend om zich heen kijken? “Agressief” denken mensen dan vaak. Nee, het is angst en paranoïde. Bang dat je altijd maar op van alles wordt aangekeken. Angst dat mensen je aan het beoordelen zijn, om hoe je eruit ziet. Daarom is het goed, goed dat er aandacht komt voor wit privilege.
Maar aandacht moet er ook komen voor het intense psychologische leed dat niet-witte allochtonen ervaren door het racisme in Nederland. Het doet me denken aan Frantz Fanon, de zwart-Franse psychiater, die in zijn boek “Black Skin, White Masks”, in de jaren 50 van de vorige eeuw al schreef dat de zwarte mens in Europa niet écht mens kan zijn omdat het staren van de witte medemens je gevangen houdt in een keurslijf. Altijd maar gezien worden als iemand die jij niet bent. Het is verstikkend en intens pijnlijk. Een pijn die vaak naar de achtergrond gedrukt wordt maar desalniettemin onbewust continu haar invloed op je aan het uitoefenen is.
Je loopt een kroeg in en de ogen zijn op je gericht, geen vriendelijke blikken. Je wilt eens naar een leuk Hollands dorpje, een dagje uit, wetende dat je op veel plekken de kans loopt onwelkom weggestaard te worden. Je vermijdt bepaalde uitgaansgelegenheden want je wilt de vernedering niet voelen dat je bij de deur wordt tegengehouden omdat je geen “clubkaart” hebt. Je gaat uit met een leuke witte Hollandse meid en weet dat je de kans loopt gedonder te krijgen met een paar corpsballen, want “wat moet ze met zo’n foute gast?” Je afkomst, je uiterlijk speelt continu een rol in je leven en zorgt er voor dat je vrijheid continu belemmerd wordt. Een psychologische gevangenis die je als allochtoon, of beter gezegd niet-witte Nederlander, voor normaal aanneemt. Maar het ís niet normaal. De vrijheid en kalmte die je mag en kunt voelen als witte medemens, die vrijheid is wat het leven mooi maakt. En dat is de witte medemens ook gegund. Maar die vrijheid moet ik, wij, alle niet-witte mensen ook kunnen voelen. Geen angst.
Alledaagse haat Ook online kennen we de vrijheid niet. Comment-ruimtes vermijd ik standaard, want het staat bomvol met keiharde oordelen (zeg maar racisme) over mensen die zo heten, er zo uitzien als ik. Oordelen die simpelweg onwaar zijn. Het heeft geen zin er op in te gaan. Vergelijkbaar met die boze meneer uit mijn jeugd, weet ik dat ik dubbel zo veel haat over me heen krijg als ik er tegenin ga.
De kracht van de alledaagse haat is groot. Het raakt je tot in het diepste van je ziel. Voor je het weet maakt het je ongelukkig. Tergend ongelukkig. Want je mag jezelf niet zijn. Het wordt al voor je bepaald wie je bent. Elke dag weer: op straat, op TV, op het internet, het maakt niet uit. Wie jij bent, dat bepalen zij die jou haten. Het is een identiteit waarin je je niet thuis voelt.
Al jaren proberen allochtonen te spreken over hun benarde positie. Over hoe slecht ze neergezet worden in dit land en hoe moeilijk dat is. Ze worden niet gehoord. Sunny Bergman praat er nu over, en er komt aandacht voor. Ziehier, ook wit privilege: over de negatieve effecten van passief racisme wordt enkel serieus gesproken als zij die het aankaart niet degene is die er last van heeft, maar uit de bevoorrechte positie komt. Het is van een diepe treurigheid dat ook dit onderwerp alleen de verdiende aandacht krijgt als een wit persoon er over spreekt. Het doet mij denken aan al de witte “islam deskundigen” in Nederland, die keer op keer op televisie komen vertellen hoe de islam en de “islamitische cultuur” in elkaar steekt. Je kent het wel, zoals negentiende eeuwse antropologen altijd spraken over inheemsen uit verre oorden. Om nu gewoon eens een weldenkende moslim aan tafel te vragen is in dit land blijkbaar nog steeds ondenkbaar.
Weerwoord De effecten van dergelijk passief racisme, zeker op lange termijn, zijn niet te voorzien. Je stem wordt niet gehoord. Je kunt je niet verdedigen. Witte mensen die in de media hoogdravend over je lopen te oordelen. Daar zit je dan, je op te winden over alle onwaarheden die voor waar worden aangenomen, door mensen aan tafel, bij Jeroen Pauw. Dag in, dag uit, wordt je identiteit door anderen, door witte autochtonen, gecreëerd. Een identiteit waar je je helemaal niet in kunt vinden. Het is zo verdomde verstikkend.
Wit privilege betekent, voor de allochtoon, niet alleen dat je vaak de klos bent wanneer er een schuldvraag is (denk aan het bovengenoemde voetbal verhaal), maar ook dat je nooit gehoord wordt. Al open je je mond, je wordt niet serieus genomen. In het publieke debat wordt er vaak gesproken over het serieus nemen van de problemen van de PVV-stemmer. De boze witte Nederlander. Echter, waar systematisch overheen gekeken wordt zijn de grieven van de allochtone Nederlander. En dan bedoel ik ook echt de diepe psychische pijn die het continu geconfronteerd worden met het systematische, hedendaagse racisme in hen veroorzaakt. En hoe die pijn zich uit in alledaags gedrag. Hoe het mensen isoleert, angstig maakt, hen het levensgeluk ontneemt. Hoe Nederland een generatie Nederlanders van zich vervreemdt en links laat liggen. Hoe, onder die 2 miljoen niet-witte Nederlanders, er veel zullen zijn die dagelijks in de spiegel kijken en de derde persoon aannemen, kijkend naar zichzelf, zich afvragend “Hoe zou ik die persoon zien als ik hem/haar op straat tegenkwam”?
Voor hen die dit lezen en zich in mijn verhaal herkennen, wil ik zeggen: blijf sterk. Laat je identiteit niet bepalen door mensen die niet de moeite willen nemen ook maar enigszins een positieve kant in jou, als mens, te zien. Het is makkelijker gezegd dan gedaan, ik weet het, maar laat het een motivator zijn. Laat het een motiverende kracht zijn die jou de drive geeft jezelf te ontplooien tot wie je bent, tot wie jij wilt zijn. Niet wie anderen denken en willen dat je bent. Zorg er voor dat je anderen steunt in eenzelfde situatie als jij, andere gekleurde mensen van welke religie of achtergrond dan ook, zodat het je als collectief sterker maakt. Maar omarm ook je witte broeders en zusters die vechten voor een gelijkwaardige en inclusieve samenleving. Want de enige mooie toekomst die ik mij kan voorstellen, voor mijn toekomstige kinderen, en die van jou, is er één waarin mensen de vrijheidsbeperking, de psychologische gevangenis, van het alledaagse racisme niet ervaren.