WHO: mogelijk veel meer besmettingen met apenpokken

De nu vastgestelde besmettingen met de apenpokken zijn mogelijk slechts “het topje van de ijsberg”. Dat zegt Sylvie Briand, hoofd van de afdelingen epidemieën en pandemieën bij de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).

De afgelopen weken heeft de WHO 200 meldingen gekregen van infecties buiten landen waar het virus normaal wordt waargenomen. Het werkelijke aantal besmettingen ligt hoger. Zo zijn er alleen al in Spanje 98 gevallen bekend, terwijl er in het Verenigd Koninkrijk en Portugal respectievelijk 90 en 74 besmettingen zijn vastgesteld.

“We staan pas aan het begin”, aldus Briand. Zij verwacht de komende dagen meer besmettingen. Tegelijkertijd is er volgens Briand geen reden tot paniek. “Het is geen covid of een andere ziekte die zich snel verspreidt.”

Volgens Briand is het mogelijk om het virus weer in te dammen. “We hebben een goede kans om de verspreiding te stoppen. Als we de juiste maatregelen nemen, kunnen we de transmissie waarschijnlijk makkelijk beperken.”

Het pokkenvaccin biedt bescherming tegen besmetting met het apenpokkenvirus. Omdat de pokken in de jaren zeventig met behulp van vaccinatie is uitgeroeid, zijn mensen onder de 50 meestal niet meer ingeënt.

Frankrijk is inmiddels begonnen met het vaccineren van de contacten van mensen die zijn besmet met de apenpokken. De incubatietijd van de apenpokken bedraagt doorgaans tussen de 6 en 16 dagen. Volgens de gezondheidsautoriteiten zou een vaccinatie daarom idealiter binnen vier dagen na een riskant contact moeten plaatsvinden.