Werkgevers zijn de wortel van het kwaad van overbewoning
• 06-03-2012
• leestijd 2 minuten
Het is een grof schandaal dat PvdA-wethouder Karakus de schuld bij de slachtoffers, de Roemenen en Bulgaren, legt en niet bij de daders, de werkgevers
De Rotterdamse PvdA-wethouder Hamit Karakus vindt dat Roemeense en Bulgaarse immigranten geweerd moeten worden, omdat zij naar zijn mening verantwoordelijk zijn voor allerlei sociale misstanden in zijn toch al zo geplaagde stad. Hij denkt daarbij vooral aan overbewoning in achterstandswijken.
De woningtoestanden waar de Bulgaren, de Polen en de Roemen vandaag de dag onder lijden, lijken als twee druppels water op de situatie een halve eeuw geleden. Toen waren het Turkse en Marokkaanse gastarbeiders die met hun tienen zaten opeengepakt in een of ander krot. Nederland herhaalt de fouten van een halve eeuw geleden: we werven arbeiders in verre landen en we bedenken niet van te voren waar ze dan moeten slapen.
Daardoor krijgen uitbuiters een kans. Het is een grof schandaal dat een wethouder van de PvdA nota bene de slachtoffers de schuld geeft en niet de daders. Nu zit Karakus met deze regering natuurlijk wél klem. Geen mens in Den Haag denkt erover werkgevers met Oost-Europees personeel aan te spreken op hun verantwoordelijkheid voor het organiseren van voldoende en menswaardige huisvesting voor hun buitenlands personeel.
Ooit – in de eerste helft van de twintigste eeuw – meenden grote werkgevers dat zij de morele plicht hadden om voor arbeiderswoningen te zorgen als zij in een of ander stadje een fabriek stichtten met veel personeel. Zij bouwden zelf en inden vervolgens een schappelijke huur. Of zij financierden een woningbouwvereniging die werd gedragen door hun werknemers. In Eindhoven is
dankzij Philips veel gebouwd. Andere voorbeelden zijn
Slikkerveer bij Rotterdam en
Heveadorp bij Renkum. Iedereen vond dat heel normaal. Tenslotte haalden zulke werkgevers het sociale verband van hele gemeenschappen overhoop door honderden nieuwkomers uit het hele land in dienst te nemen. Dan hoorden zij ook (mede)verantwoordelijkheid te nemen voor de maatschappelijke gevolgen.
Grote werkgevers die zich aan die verplichting onttrokken, golden als asociaal. Willem Elsschot maakte een van hen,
A.F. Smulders , directielid van de werf Gusto te Schiedam, onsterfelijk met het gedicht “Brief” dat aldus begint:
Lamme smeerlap, met je baard, dor van geest maar dicht behaard, die ons daar stond aan te staren of wij huursoldaten waren.
Wat zou het mooi zijn als Nederland een effectieve overheid had die zulke lamme smeerlappen aan hun jasje trok als zij zich aan hun morele verplichting onttrokken om daadwerkelijk te investeren in de huisvesting van hun buitenlands personeel in plaats van dat zij de maatschappij laten opdraaien voor de sociale gevolgen van hun winzucht. Zoals nu gebeurt. Zij zijn de wortel van het kwaad, niet die vijftien Bulgaren op dat driekamerflatje.