De markten willen dat Duitsland zich gedraagt als leider van Europa in plaats van als rolmodel
De eurozone vormt nog altijd het grootste gevaar voor de wereldeconomie. Met name de uit de hand lopende overheidsfinanciën en de zwakke bankensectoren baren zorgen.
Duitsland is de laatste jaren uitgegroeid tot de facto leider van Europa. Bondskanselier Merkel stevent af op de verkiezingsoverwinning zondag en de verwachting en de markten hopen dat zij na de victorie toegeeflijker zal zijn op terreinen als de bancaire unie en hulp aan noodlijdende landen in de Euro-periferie. Maar waarschijnlijk verandert de opstelling van Duitsland maar weinig, nadat of Merkel’s CDU/CSU in zee is gegaan met de sociaal-democratische SPD ,of nadat de huidige coalitie van CSU/CSU en de liberale FDP wordt voortgezet.
Snakt Europa naar Duitse voortrekkersrol? De markten en Europa verwachten van Duitsland een voortrekkersrol bij het realiseren van: 1) Een bankenunie 2) Een groeistrategie voor Duitsland en de eurozone 3) Een succesvoller Europees Veiligheids- en Defensiebeleid
De markten willen dat Duitsland zich gedraagt als leider van Europa in plaats van als rolmodel. Zelfs politici en landen die tot voor kort vreesden voor Duitse hegemonie smeken bijkans om een actievere rol. De woorden van de Poolse minister Sikorski verdienen het om nog eens opgetekend te worden:
I will probably be the first Polish foreign minister in history to say so, but here it is: I fear German power less than I am beginning to fear German inactivity.”
Sikorski zei dit twee jaar geleden, maar zijn opvatting zal niet veel veranderd zijn. Bankenunie noodzaak De markten hopen vooral op welwillendheid en leiderschap van Duitsland op het gebied van de bankenunie. Dergelijke integratie is noodzakelijk voor herstel van het nog altijd zwaar gehavende vertrouwen in de financiële sector en voor het temmen van de zorgen over de Europese overheidsfinanciën (banken en overheden zijn nog altijd op gevaarlijke wijze met elkaar vervlochten). Bovendien moet de financiële nationalisering – die vaak naar protectionisme neigt – doorbroken worden. Dat overheden en banken hoogstwaarschijnlijk nog tot over hun hoofd in slechte leningen en dergelijke zitten, blijkt uit een vergelijking met de VS.
In de VS werd na het uitbreken van de kredietcrisis schoon schip gemaakt en kregen relatief weinig banken overheidshulp: in de periode 2008-2013 ontvingen dertien banken hulp en liet de overheid er 494 kopje onder gaan. In de eurozone hebben vijftig banken hun hand kunnen ophouden, maar moesten er slechts 49 de deuren sluiten. Europese banken zijn niet sterker en gezonder dan de Amerikaanse, maar zitten nog op veel troep en overheden houden hen de hand boven het hoofd.
De bankenunie – die een grote stap vormt op weg naar het opschonen en versterken van de financiële sector, moet uit drie onderdelen bestaan: 1) Gemeenschappelijk toezicht 2) Gemeenschappelijk resolutiemechanisme (om het opheffen van ten dode opgeschreven banken af te wikkelen) 3) Gemeenschappelijk depositogarantiestelsel
Eerste stappen De ECB zal vanaf september 2014 toezicht houden op de 150 grootste Europese banken. Dit zouden er eerst 6000 worden, maar Duitsland lag dwars. Ook bij volgende stappen, zal Duitsland niet de makkelijkste partner zijn. Zo moet overeenstemming bereikt worden of nationale overheden verantwoordelijk zijn voor het sluiten van de deuren van een bank of dat een Europese organisatie dit gaat doen. Verder moeten fondsen beschikbaar komen voor het afwikkelen van de bankfaillissementen. En dan hebben we het nog niet eens over het garanderen van spaartegoeden en de uitgave van eurobonds… Duitsland is essentieel in deze, maar heeft al veelvuldig obstakels opgeworpen (in sommige gevallen ook wel begrijpelijk).
De zogenaamde Asset Quality Review bij banken – waarover de ECB de regie heeft – staat nu als eerste op het programma. Samen met stress tests moet dit de ECB een duidelijk beeld geven van het bankenlandschap waarop ze toezicht gaat houden. De AQR moet eind maart 2014 voltooid zijn.
Groot Zwitserland of groots leider? Merkel zal hooguit wat kleine concessies doen bij stappen op weg naar verdere politieke en economische integratie. Duitsland geeft de indruk liever een Groot Zwitserland te zijn dan de grootmacht die voorop gaat in Europa. Het mag de economische scepter zwaaien, maar Duitsland ontbeert een duidelijke strategie, de diplomatieke vaardigheden en de politieke wil om de leider van Europa te zijn.
De “zero-risk mindset” van Merkel verdwijnt na de verkiezingen niet opeens. Merkels stijl is al vergeleken met die van Konrad Adenauer, die in 1957 campagne voerde met de slogan “Keine Experimente”. Op de langere termijn kan niet volstaan worden met een dergelijke opstelling, maar voor een omslag zijn waarschijnlijk eerst nieuwe financieel-economische schokken nodig.
Trio van hindernissen Een “Europeser” beleid van Duitsland wordt verhinderd door de grote macht van het parlement (dat weinig moet hebben van meer Duits geld richting Europa), de eurosceptische publieke opinie en het Constitutionele Hof. Zo spreekt het Hof zich volgende maand uit over het obligatieopkoopprogramma van de ECB.
De uitslag van de verkiezingen en de daaropvolgende regeringssamenstelling, de uitspraak van het Constitutionele Hof en de opstelling van de nieuwe Duitse regering tijdens de Europese top in december, zullen de eerste indicaties geven van de rol die Duitsland de komende jaren in Europa wil en kan spelen. Teleurstelling van de markten dreigt. Samen met oplopende politiek-economische spanningen in de rest van de eurozone, zal dit de eurocrisis weer doen oplaaien.