Logo Joop
De opiniesite van BNNVARA met actueel nieuws en uitgesproken meningen

Weg met de marktcultuur bij publieke diensten en organisaties

  •  
20-12-2021
  •  
leestijd 3 minuten
  •  
256 keer bekeken
  •  
5427063703_d7550cd54f_k

© cc-foto: John Liu

De controlebureaucratie loopt de spuigaten uit en dit gaat ten koste van de handen aan het bed of de kwaliteit van uitvoering
“Door wantrouwen en neoliberale marktonzin is decennia geleden een bureaucratie opgetuigd die productiviteit meer in de weg zit dan deze bevordert. Mensen op de werkvloer moesten alles zorgvuldig gaan registreren wat ze op een dag doen, en hóe ze dat moesten doen, controle over controle en de werkvloer werd uitgekleed. Prestatiebeloning. Nul uren contracten. Flex. ZZP, Arbeidsmigranten. …Want het moest marktgerichter.” (Faas van Seijst, 25 november)
Sinds Ruud Lubbers in de jaren ’90 van de vorige eeuw de aftrap gaf voor het verschralen van de publieke sector middels privatisering, is het alleen maar slechter gegaan met publieke voorzieningen zoals onderwijs, gezondheidszorg, welzijns- en jongerenwerk, volkshuisvesting en basisvoorzieningen zoals het elektriciteitsnet, het openbaar vervoer en in deze tijd de digitale communicatie met de burger.
Het lijkt wel alsof al het menselijk handelen volgens de regels van de markt tot stand moet komen, en moet leiden tot het maximaliseren van financiële winst. Er wordt van uitgegaan dat publieke en private organisaties hetzelfde functioneren voor wat betreft doel en werkwijze. Daarmee wordt de plank flink mis geslagen. Want bij publieke organisaties speelt altijd een moreel of maatschappelijk appel.
Neem bijvoorbeeld daklozen of mensen met psychische problemen die overlast geven. In een puur marktgericht organisatiemodel zouden deze groepen totaal worden gemarginaliseerd, omdat ze financiële schade veroorzaken en omdat er op korte termijn niets aan te verdienen valt. Maar in een solidaire samenleving is het de bedoeling dat, vanuit een moreel standpunt, ook aan deze groepen ondersteuning wordt verleend.
In een moderne solidaire samenleving heeft iedereen recht op een bepaalde kwaliteit van leven, gezondheid en welzijn, omdat we ons er allemaal van bewust zijn dat mensen deels slachtoffer zijn van het door ons ingerichte systeem. Als de samenleving besluit dat het opvangen en vooruit helpen van pechvogels via hulp door geprivatiseerde instellingen moet worden verleend, en de hulpverlening gaat door wanbeleid of misrekeningen fout, dan komt het probleem toch weer op het bord van de overheid terecht. En de overheid, dat zijn wij allemaal: de belastingbetaler moet zijn portemonnee trekken voor het verkwanselen van de publieke taak waar de winst naar individuen is gegaan.
Als het dan mis gaat, zoals in de jeugdzorg, wordt door bepaalde politici op zulke incidenten met spierballentaal gereageerd en de zoveelste extra controlemaatregel volgt. Mede daardoor is er een wildgroei aan controle-instrumenten ontstaan, verzekeringstoezicht, interne en externe audits, branche audits, toezichthouders, accountantscontroles, extra rapportages, verantwoordingen en inspecties.
De controlebureaucratie loopt de spuigaten uit en gaat ten koste van de handen aan het bed of de kwaliteit van uitvoering. Het werk van de Tweede Kamer wordt op deze manier gefrustreerd en vertraagd door het steeds weer ad-hoc acteren op slecht functionerende uitwassen van geprivatiseerde maatschappelijke voorzieningen in plaats van lange termijn beleid te maken. Denk aan de mondkapjes-affaire, woekerwinsten in de jeugdzorg en vastlopende complexe jeugdzorg, sociale woningnood. Terwijl de Tweede Kamer al heel weinig ondersteuning krijgt om goed beleid te maken. Zo zijn er legio voorbeelden van marktwerking die het samenleven van mensen gefrustreerd heeft.
Wij pleiten dan ook voor een nieuwe professionalisering en herwaardering van publieke organisaties, dicht bij de samenleving met inzet van de kwaliteiten en de energie in de samenleving. Dat beperkt zich niet tot het simpelweg publiek maken van dat wat geprivatiseerd was. Ook binnen de overheid zien we een uit de hand gelopen controlecultuur, bijvoorbeeld in de toeslagen-affaire.
De publieke organisaties moeten dienend zijn voor de kwaliteit van het bestaan voor allen. Het doel moet daarbij leidend zijn, niet de organisatievorm. Daarbij wordt het toezicht teruggebracht tot één toezichthoudend orgaan, de Autoriteit Publieke Uitvoeringsorganisaties, met als enige doel het maatschappelijk belang voorop te stellen. Dit maakt de controlerende taak voor de Tweede Kamer makkelijker en schept duidelijkheid voor alle betrokkenen.
Randvoorwaarde hierbij is dat alle overbodige controlelagen worden afgeschaft. Dat vergt lef, wat meer vertrouwen in elkaar en de acceptatie dat geen enkel systeem waterdicht is. Zo krijgen publieke organisaties weer de ruimte om het goede te doen voor de samenleving. Samen werk maken van samenleven.
Raf Daenen oud-wethouder en docent maatschappelijke ontwikkeling Jannes van Ingen – econometrist Jan Daenen – econometrist en lid provinciale Staten Gelderland
Delen:

Praat mee

onze spelregels.

avatar
0/1500
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.