De Dierenpolitie gaat alles wat belangrijker is dan dieren voorrang geven…
De Kamer debatteert morgen met de Minister van Binnenlandse zaken over de dierenpolitie. Er worden 125 agenten opgeleid om eind dit jaar als dierenagenten actief te worden. Staatssecretaris Bleker van EL&I heeft de afgelopen maanden herhaald verwezen naar de inzet van de dierenpolitie bij controle en handhaving van dierenwelzijn.
Nu de invoering van de dierenpolitie voor het eerst concreet op de agenda van de Kamer staat, vond echter geen van de coalitiepartijen het nodig dat de staatssecretaris van EL&I hierbij aanwezig is om vragen te beantwoorden.
De Partij voor de Dieren vindt het ongehoord de steeds verder uitgeklede plannen voor de dierenpolitie alleen met de Minister van Binnenlandse zaken te bespreken en zal daarom niet deelnemen aan het debat.
De Partij voor de Dieren heeft als enige oppositiepartij de invoering van een dierenpolitie van harte ondersteund. In de hoop op een dierenpolitie met voldoende bevoegdheden en mogelijkheden tot vervolging.
Nu al zijn er duizenden meldingen per jaar van verwaarlozing of mishandeling van dieren. De capaciteit om meldingen nader te onderzoeken is echter zeer beperkt. De taken zijn nu verdeeld tussen de Stichting Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (LID) en de Algemene Inspectiedienst, onderdeel van het Ministerie van EL&I. Zolang compleet onduidelijk is welke concrete invulling het ministerie van EL&I voor ogen heeft van de dierenpolitie en steeds duidelijker wordt dat de dierenpolitieagenten alles wat ze tegenkomen en belangrijker gevonden wordt dan de belangen van dieren voorrang mogen geven, begint de dierenpolitie steeds meer op een vogelverschrikker te lijken. Een lange vinger waarvan de premier opmerkte “soms moet je weleens wat” en waarvan minister Donner dacht dat het om nieuwe politiehonden zou gaan.
Er is geen duidelijke taakverdeling tussen de Algemene Inspectiedienst, de nVWA en de nieuw op te leiden politieagenten. Het kabinet wil 18 miljoen bezuinigen op het toezicht en de controle op het dierenwelzijn in de vee-industrie, bij diertransporten en in de slachthuizen. En wil meer blauw op straat. Dit laat zich slecht combineren met de ambitie om iets aan het dierenwelzijn te verbeteren. Het verlies aan toezicht en controle in de vee-industrie kan natuurlijk niet worden goedgemaakt met onervaren dierenpolitieagenten met een onduidelijke missie en taakverdeling.
Bleker laat het aan zijn collega van Binnenlandse Zaken over om te bepalen hoeveel tijd de dierenpolitie aan dierenzaken gaat besteden. De bestaande capaciteit van de politie staat onder druk en Korpschef Bernard Welten van Amsterdam heeft bijvoorbeeld al aangegeven het er niet mee eens te zijn dat agenten omgeschoold moeten worden tot ‘animal cop’. Hij sprak meesmuilend over een caviapolitie. Uit alles blijkt dat de dierenpolitie gewoon zal moeten meedraaien in het reguliere politiewerk. Het controleren van veetransporten lijkt daar niet bij te horen en het mandaat blijft volkomen onduidelijk.
Het heeft weinig zin te debatteren over de dierenpolitie met een minister die alleen meer blauw op straat heeft en alle tijd nodig heeft om recht te praten dat de 3000 extra agenten die in het regeerakkoord beloofd zijn er niet gaan komen. Die last gaat hij deels afwentelen op de dierenpolitie.
Van de voorbereidingen daartoe willen we geen getuige zijn. Nu staatssecretaris Bleker ontbreekt bij het debat, zullen wij ook ontbreken. Als stil protest tegen de fopspeen waarvan ooit beloofd werd dat die een einde zou maken aan dierenmishandeling.