Mannen geven meer fooi als er een vrouw is die hen kan zien... Niet om te sjansen, maar vooral voor het nageslacht
Eén van mijn lezers verzocht me onlangs niet zo vaak over het paargedrag van mannen te schrijven en hun onbeholpenheid onder de invloed van testosteron bloot te leggen. Doe ik dat dan zo vaak? Als dat zo is, moet u nu maar even de tanden op elkaar zetten en lachen als een boer met kiespijn.
Uit verschillende onderzoeken blijkt dat mannen meer geven aan liefdadigheid als ze weten dat vrouwen hen kunnen zien. Ook geven ze grotere fooien aan serveersters die ze knap vinden. Willen ze dan zo graag iets met de mevrouw die zijn eten heeft opgediend? Of wil hij indruk maken op zijn gezelschap, de dame met wie hij uit eten is?
Het is biologie Dat het om heel oude biologische mechanismen gaat is wel duidelijk. Aan het paargedrag bij dieren is dat ook te zien. Mannetjes geven een beetje voedsel of – zoals vogels dat doen – materiaal voor het maken van een nestje en als de vrouwtjes het voldoende vinden gaan ze mee en beginnen samen een gezinnetje. Voor degenen die vinden dat er toch wel een groot verschil is tussen roodborstjes en mannen met een academische opleiding zal ik dan in herinnering roepen dat ook bij jagers en verzamelaars (mensen dus) de man wat vlees achterhoudt om aan een vrouwtje te geven als investering in een romantische relatie. Dat met een knuppel op haar hoofd en dat hij haar dan naar zijn grot sleept is geloof ik iets dat alleen in cartoons wordt getoond.
Het onderzoek dat aanleiding vormt voor dit stukje ging als volgt. Er deden 45 mannelijke en 45 vrouwelijk vrijwilligers aan mee. Ze moesten spelletjes spelen en daar wonnen ze zo’n 20 euro mee. Je snapt meteen waarom het onderzoek niet met 900 vrijwilligers werd uitgevoerd. Vervolgens werd aan de deelnemers, die natuurlijk niet wisten waar het in dit onderzoek om ging, gevraagd of ze een deel van het geld wilden doneren. Daarna werden ze alleen gelaten of er bleef nog iemand bij, een man of een vrouw, die kon zien wat de proefpersonen zouden doen. De mannen gaven 50 tot 100 procent van wat ze net gewonnen hadden als er vrouwen bij waren die hen konden zien en ze gaven meer naarmate ze de vrouw aantrekkelijker vonden. Mannen gaven minder dan 40 procent als ze met een man waren. De vrouwelijke deelnemers gaven ongeveer 40 procent ongeacht of ze met een man of een vrouw waren.
Serveersters wisten dit al langer Er is veel aanleiding hierover na te denken. In de eerste plaats dit: er is geen onderzoek nodig om zulke principes te ontdekken. Serveersters in de hele wereld hebben dat zelf al uitgevonden en weten dat als ze zich een beetje sexy kleden de fooien groter zijn. Daar heb je geen PhD voor nodig. Maar wat zit er voor de man in? Die zal toch niet denken dat hij elke keer dat hij een gulle fooi geeft met haar mee naar huis mag. Nee, hij geeft een hoge fooi om indruk te maken op de vrouw met wie hij uit eten is gegaan. Kijk eens hoe gul ik ben. Als wij samen zouden leven, dan zou ik je goed kunnen onderhouden.
Ik hoor u al knarsetandend lezen: het is toch allemaal anders tegenwoordig? Vrouwen verdienen hun eigen geld. Ja, dat klopt, maar deze oude mechanismen verdwijnen niet zomaar uit de biologische structuur van de hersenen. Gulheid, geven aan goede doelen, hoge fooien in het restaurant vormen onderdeel van de mannelijke strategie om zichzelf sociaal te adverteren.
Dom van die man? Is hij zielig door zijn hormonen? Onderzoek laat zien dat vrouwen ergens diep in de basis de gezondste zaadcellen voor hun eicel zoeken. Zij selecteren op de uiterlijke kenmerken van gezondheid. Dat gezonde zaad komt niet per definitie van de gulle mannen. Nee, voor een vrouw die naar een lange termijn relatie op zoek is, is het slimmer op iets anders te selecteren. Dus die hunks met al dat spartelende snel zwemmende zaad zijn eerder onder de pannen. Wat over blijft zijn de mannen die grote fooien geven en aan goede doelen geven.
Hoe dat verder afloopt weet ik niet. En om geen verkeerde ideeën te adverteren: vrouwen kunnen ook heel gul zijn en flink aan goede doelen schenken.
Het laatste boek van Ivan Wolffers is ‘Als de tijd voor altijd stil zou staan ‘
Volg Ivan Wolffers ook op Twitter Ivan schrijft voor Joop elke dag een Gezond Weetje van de Dag: klik hier voor een overzicht