
Het was de Week tegen Kindermishandeling. Een initiatief dat ik volledig ondersteun, want kinderen horen altijd beschermd te worden tegen elke vorm van mishandeling — fysiek én psychisch. Maar juist afgelopen week schuurde het harder dan ooit. Want wie zien we altijd vooraan staan? Precies de partijen die in de praktijk keer op keer laten zien dat zij die veiligheid niet kunnen, willen of durven garanderen.
Jeugdzorginstellingen, Veilig Thuis, de Raad voor de Kinderbescherming, Gecertificeerde Instellingen, pleegzorgorganisaties en gezinshuizen presenteren zich altijd als bondgenoten van het kind. Ze roepen op om signalen te melden zodat kinderen “gered” kunnen worden. Maar dat is maar één kant van de werkelijkheid — en allang niet meer de meest geloofwaardige.
Want laten we eerlijk zijn: het huidige systeem heeft een fors financieel belang bij zoveel mogelijk meldingen, onderzoeken, maatregelen en plaatsingen. Veilig Thuis wordt betaald per melding. De Raad voor de Kinderbescherming per onderzoek. De Rechtspraak per zaak. Gecertificeerde Instellingen per ondertoezichtstelling en voogdij. Pleegzorg en gezinshuizen per plaatsing. Ambulante hulpverleners per traject. De hele keten wordt gevoed door een constante aanvoer van nieuwe “onveilige situaties”. Dat maakt het narratief aantrekkelijk: meld, grijp in en vertrouw erop dat het kind veilig is zodra het systeem het overneemt.
Maar de praktijk laat iets heel anders zien. Steeds vaker blijkt een melding bij de veiligheidsketen helemaal geen bescherming te bieden. Sterker nog: kinderen worden aantoonbaar nog onveiliger zodra zij eenmaal in het systeem terechtkomen. De afgelopen jaren tonen dat pijnlijk aan, met als schokkende voorbeelden Vlaardingen én nu in Noord-Nederland.
Hoe wrang wil je het hebben? Uitgerekend in de Week tegen Kindermishandeling komt naar buiten dat twee kinderen jarenlang zijn mishandeld en uitgebuit in een gezinshuis dat juist bedoeld was om hen te beschermen. Door mensen die door de overheid zijn ingeschakeld en worden betaald om veiligheid te waarborgen. En niet te vergeten, direct aansluitend aan de week tegen de Kindermishandeling, op 25 november, volgt de uitspraak tegen de pleegouders die het Vlaardingse meisje bijna doodsloegen terwijl de hele jeugdzorgketen daar toezicht op had.
In beide gevallen faalde iedereen die afgelopen week campagne voerde om kindermishandeling te voorkomen. Het contrasteert bijna grotesk met de zorgvuldig gestileerde boodschap dat meldingen leiden tot veiligheid. Want juist daar, in die “beschermde” systemen, vond structurele mishandeling plaats.
De Week tegen Kindermishandeling moet zeker blijven bestaan — voor de kinderen. Maar laten we stoppen met het aanbieden van een podium aan instellingen die zich graag presenteren als hoeders van veiligheid, terwijl zij structureel niet in staat blijken die veiligheid te bieden. De geloofwaardigheid van deze week staat of valt niet met mooie woorden. Maar met het erkennen van de pijnlijke werkelijkheid: kinderen zijn niet altijd veiliger zodra jeugdzorg of jeugdbescherming binnenstapt. En zolang dat zo blijft, is iedere campagne vooral een vorm van zelfpromotie — en geen bescherming van kinderen.
Meld je hieronder gratis aan voor Joop NL. Iedere donderdag een selectie opvallende nieuwsverhalen, opinies en cartoons in je mailbox.