Veel kritiek op berichtgeving over racistische terreuraanslag in Charleston
Westerse media en opiniemakers wijzen graag het vingertje naar moslims die ‘onvoldoende afstand’ zouden nemen van terrorisme, bijvoorbeeld door het niet als zodanig te benoemen. Maar zoals wel vaker blijkt het Westen met andere maten te meten als het gaat om de eigen belevingswereld. Er klinkt steeds meer kritiek op de berichtgeving over al dan niet extreemrechtse massamoordenaars die gericht zwarten, moslims of linkse ‘tegenstanders’ doden. Waarom worden zij niet gewoon terroristen genoemd?
De aanslag op een door zwarten bezochte kerk waarbij negen biddende bezoekers gericht zijn doodgeschoten door een 21-jarige verdachte die er op uit was een burgeroorlog te ontketenen wordt officieel geclassificeerd als een ‘mogelijk haatmisdrijf’. Waarom wordt het niet gewoon benoemd tot wat het is, namelijk terrorisme? Vooral ook omdat soortgelijke aanslagen door islamistische daders al snel zo worden genoemd. In de New York Times zegt de directeur van de Council on American-Islamic Relations:
We zijn er zo geconditioneerd dat we aanvaarden dat als het geweld gepleegd wordt door een moslim het meteen terrorisme is. Als hetzelfde soort geweld wordt gepleegd door een white supremacist (extreemrechtse aanhanger van het geloof dat blanken superieur zijn aan andere mensen, redactie Joop) of apartheidsympathisant die geen moslim is dan zoeken we meteen naar verklaringen, hij kan gestoord zijn, of werd misschien gedreven door de omstandigheden.
De inmiddels gearresteerde verdachte, een 21-jarige blanke jongen, droeg op foto’s emblemen met vlaggen van de vroegere apartheidsstaten Zuid-Afrika en Rhodesië. Volgens vrienden koesterde hij de overtuiging dat zwarten er op uit zijn de macht over te nemen in de Verenigde Staten. Een dreigende machtsovername is een populaire mythe onder extreemrechtse ideologen. Zo waarschuwt PVV-leider Wilders voortdurend voor een islamitische overname in Europa, al dan niet opgezet door linkse partijen. Die politieke propaganda vormde voor de Noorse extreemrechtse terrorist Anders Breivik een inspiratiebron voor het uitmoorden van tientallen sociaaldemocratische jongeren.
De aarzelende houding van (Amerikaanse) media en autoriteiten de aanslag in Charlestown te classificeren als terrorisme is des te opvallender omdat de eerste antiterreurwet die ooit in de Verenigde Staten werd aangenomen gericht was tegen de extreemrechtse Ku Klux Klan.