De televisie als politieke spiegel
• 27-01-2018
• leestijd 2 minuten
Als de werkelijkheid een chaos is, lijken politieke drama's ineens een oase van rust
Zoals het in de jaren van Bush (de simpele) helend werkte om naar president Jeb Bartlett in the West Wing te kijken, is het deze dagen een verademing om president Tom Kirkman te zien in Designated Survivor. Niet omdat het nu zo’n goede serie is, want dat is het zeker niet, maar omdat het na een dag razen op de Trump-trein heerlijk is om even af te stappen en de commander in chief zijn stinkende best te zien doen om er wat van te maken, ondanks de rokende puinhopen om hem heen.
Zijn collega’s, Frank Underwood in House of Cards en Selina Meyer in Veep, zijn inmiddels van het scherm verdwenen. De eerste vanwege ernstig seksueel misbruik door hoofdrolspeler Kevin Spacey, en de tweede omdat Julia Louis-Dreyfus een behandeling moet ondergaan voor borstkanker. Sowieso was haar fictieve presidentschap even tevoren al ten onder gegaan aan onkunde. ‘Life imitates art far more than art imitates life’, zei Oscar Wilde al.
Maar mijn favoriete alternatieve Witte Huis-bezetting komt misschien wel uit Madame Secretary, waarin Téa Leoni de minister van Buitenlandse Zaken speelt. Als je het Amerikaanse chauvinisme negeert houd je een degelijke serie over een idealistische en gedreven vrouw over. Ze is omringd door mensen die allemaal net iets minder slim, geïnformeerd of welwillend zijn dan zij is, maar daar laat ze zich niet door weerhouden. Als er een paar politieke tenen verpletterd moeten worden om iets wezenlijks te bereiken dan is dat maar zo.
Je zou willen dat we er daar meer van hadden. Van die ministers als Sigrid Kaag.
Deze column werd uitgezonden tijdens De Nacht van de RadioAfbeeldingen: screenshots YouTube via ABC, CBS