Te veel zendtijd voor de indringer
• 30-01-2015
• leestijd 4 minuten
NOS, weersta de verleiding van de angstsensatie
Een jonge, in het zwart gestoken man drong binnen in de diepste inner circle van de Nederlandse mediatempel, het NOS studiocomplex. Hij eiste live het Nederlandse volk toe te spreken maar werd gelukkig vrij snel overmeesterd door de politie. In een geïmproviseerde uitzending nadat hij opgepakt was, koos de NOS er voor om een uur lang de beelden van de gunman en het arrestatieteam dat op hem afstormde, continu te herhalen. De bedreiger drong zo ook de huiskamers van de Nederlandse burgers binnen.
Deze gunman , in een man in black outfit, had als enige wapen een plastic pistool. Hoe een negentienjarig jochie zo ver kon komen in een beveiligd gebouw is een vraag voor veiligheidsexperts. De NOS moet zich nu vooral afvragen of het verstandig was om met open ogen in de val van de angstsensatie te trappen.
Het lijkt nu op een lone wolf -actie, al zou lone puppy een meer gepaste duiding zijn. Ere wie ere toekomt, hij bereikte zijn target, was op onze landelijke tv en de NOS herhaalde zijn performance vaker dan hij in zijn stoutste dromen had kunnen wensen. Waarom eigenlijk? Wat was de informatieve meerwaarde van dat alsmaar herhalen van het gijzelingstafereel in de NOS studio? Niets.
Journalisten zijn net mensen. Weinig anderen zouden niet in paniek raken bij een dergelijke geweldsdreiging. Maar journalisten hebben wel meer macht dan de gewone mensen. Ze kunnen namelijk kiezen wat ze wel of niet onder het vergrootglas zetten. Dat brengt ook een zware verantwoordelijkheid met zich mee. Hoe groter het bereik van het mediaplatform waarover journalisten beschikken, des te zwaarder deze verantwoordelijkheid.
Angst verkoopt Sinds Marquise de Sade weten we dat in angst een groot potentieel aan sensatie schuilt. Niet voor niets is horror, eerst in de literatuur en al later ook in de cinema een heel goed verkocht genre geworden. Deze populairiteit verraadt dat koude rillingen best lekker voelen. Laten we dat gevoel vooral in een afgebakend amusementshokje bewaren. De serieuze journalistiek is geen speelplaats voor dergelijke masochistische pleziertjes. De verleiding van sensatie moet binnen onze serieuze media bestreden worden. Al is angst een kijkcijferkanon, onze programmamakers moeten daarmee niet op jacht gaan om aandacht te vangen van de kijkers. Als het publiek bevangen raakt door angstbeelden zou het kunnen leiden tot massahysterie. Vrede, verdraagzaamheid en rust in de samenleving komen dan in gevaar.
De huidige horrorjihadisten, Al Qaida en IS, zijn sterk doordrongen van de sensationele kracht van real life horror beelden en het manipulatieve potentieel van de repetitieve confrontatie met hard geweld. Daar waar zij de scepter zwaaien, dwingen ze – met de grootste intimidatie – van het op fors geweld afgaande publiek, een slaafse meegaandheid af. Maar hun welbewuste inzet van mediahorror dient nog ambitieuzere doelen. Het gaat hen om de wereldwijde impact van spectaculair te zijn. De volle aandacht die ze dan van de machtige westerse media krijgen, is voor hen de meest effectieve manier om dat te realiseren. De moord op de journalisten van Charlie Hebdo in Parijs was vooral een spectaculaire daad, juist tegen journalisten.
Hoe haal je gegarandeerd het journaal? Door journalisten te treffen. Dat is de morbide logica achter deze afschuwelijke daad. Wellicht waren de doden in Parijs eerder slachtoffer van een duel tussen Al Qaida en IS – wie het hardst het westen kan treffen – dan martelaren van het vrije woord. En inderdaad, de hele wereld wist meteen dat IS geen patent had op het horrorjihadisme en dat Al Qaida ook nog altijd bestond.
Speelbal Juist als de pers aangevallen wordt (Charlie Hebdo, NOS) moet de journalistiek zich bedwingen om niet al te veel te gaan zwelgen in een martelaarspositie, noch bevangen raken door de obsessie van het verspreiden van angst en sensatie. De scherpe en kritische (zelf)reflectie komt in het geding als de journalistiek zich niet bewuster opstelt. Juist op onverwachte momenten komt het er op aan. Terroristen of wanna be geweldenaars zoals onze man in black melden hun acties nooit netjes met een persbericht van tevoren aan. Verrassen is hun basisstrategie en de media-erkenning een belangrijke target.
Moet de media dan feiten toedekken als het te gevaarlijk wordt? Zwijgen en sussen? Integendeel, de burgers willen optimaal, op tijd en correct geïnformeerd worden. Maar de media moeten geen speelbal worden in de handen van degenen die er vooral op uit zijn om angst en paniek te zaaien en maatschappelijke destabilisatie te oogsten. Zeker niet in de fragiele hoogtijdagen van het horrorterrorisme waarin we nu leven.
Shervin Nekuee is socioloog, publicist en hoofdredacteur van
IranGeo.net