Sprinter Lighttrain en de persoonlijke ongemakken van NS-ers
• 08-10-2010
• leestijd 2 minuten
Ik hoor verhalen van mannelijke machinisten die met hoge nood, op de vrije baan, de trein gewoon even stil zetten en hun plasstaafje even uit de cabinedeur hangen om de behoefte te doen
Er rijden op het Nederlandse spoor steeds meer andere treinen. Vooral in de randstad gaat het om de zogenaamde Sprinter Lighttrain (SLT). Deze treinen rijden op de trajecten zoals bijvoorbeeld Alkmaar-Uitgeest-Amsterdam of Breukelen-WoerdenGouda-Rotterdam en zij gaan maximaal 140 kilometer per uur. Binnenkort rijden er zo’n 140 van deze SLT’s. De machinisten vinden het prettige treinen om te besturen en dat is goed voor de kwaliteit van hun vak. Er is wel een groot minpunt: aan boord zijn geen toiletten.
En dat is uiterst onaangenaam voor het personeel en de reiziger. De maximale dienstlengte van het rijdend personeel is 9 uur. Het komt voor dat een dienst in het geheel bestaat uit op het rijden met de SLT. In een dienst moet een onderbreking (pauze) van 30 minuten zitten. En dus kan het betekenen dat het rijdend personeel 4 tot 5 en een half uur achter elkaar op deze trein aan het werk is. En dat levert uitermate ongezonde toestanden op voor het personeel.
Ik hoor verhalen van mannelijke machinisten die met hoge nood, op de vrije baan, de trein gewoon even stil zetten en hun plasstaafje even uit de cabinedeur hangen om de behoefte te doen. Ik hoorde van een mannelijke conducteur dat hij het maar even in de bosjes gedaan heeft en dat hij daar een tekenbeet aan overgehouden heeft en toen hij klaar was door twee vrouwelijke reizigers werd aangesproken waarom er geen toilet op de trein aanwezig is!
Ik hoor van conducteurs dat zij tijdens hun dienst heel weinig eten en drinken omdat dit de toiletdrang alleen maar versterkt. Voor vrouwelijk personeel is dit allemaal nog een stuk lastiger en de ouder wordende werknemers hebben vaak een krimpende blaas. Ook de reizigers hebben bij ‘hoge nood’ een fors probleem. Bij steeds meer van deze SLT’s gaat dit natuurlijk nog veel meer problemen geven en dit zou ook wel eens ten koste kunnen gaan van de heilige punctualiteit en aankomstvertragingen opleveren.
De minister van Verkeer & Waterstaat heeft ook geen echte oplossing en roept tegen Prorail dat er op elk overstapstation meer sanitaire voorzieningen moeten komen. Ondertussen ‘plast het rijdend personeel in haar broek’ en is het uit gezondheidsoogpunt en servicegerichtheid een ‘dramatische’ trein. Er moet wat gebeuren. Wij gaan als FNV Spoor eerst maar eens vragen aan de verantwoordelijken voor deze historische blunder een excuus te maken aan het personeel en de reizigers.